615
Het baart dus ook geen verwondering, dat genoemd officier, ondanks
het inbrengen zijner bezwaren, overeenkomstig artikel 53 van de Rege
ling op de bevordering, op zijne herhaalde requesten, noch bij de Indische
autoriteiten, noch bij die in Nederland een gunstig gehoor vond.
Na het vorenstaande kan onze conclusie wel niet twijfelachtig zijn
Wij vereenigen ons n. 1. met het protest van den Heer Kleij sub
Idoch verklaren, dat het protest sub II eiken wettigen grondslag
mist en dus is onwettig.
Batoe-Toelis21 Februari 1882.
D. Hasselaer.
I