160 4 15. In 1870 kwamen echter belangrijke veranderingen. Drie dei- vier mobiele 3 ffier batterijen werden getransformeerd tot zware veld- batterijeu, terwijl de oorlogsuitrusting der bergbatterij werd gebracht op 8 houwitsers en 8 mortieren. Spoedig daarop kwam de scheiding tot stand van het getrokken en gladziels-geschut bij de batterijen, eu kwam men daardoor tot de formatie, aangegeven in het I. B. O. 1872-73 en door den Heer Swart in zijn opstel vermeld. Dit was de stand van zaken, toen de voorbereidingen werden ge troffen voor de 2e Atjelisclie expeditie. De ondervinding, bij de 1« expeditie opgedaan, had doen zien, dat het terrein te Atjeh van dien aard was, dat daarop van onze veld- batterijeu slechts een uiterst beperkt gebruik zou kunnen worden gemaakt, en dat het dus wenschelijk zou zijn, daar zoo mogelijk berggeschut te brengen. Zooals men echter gezien heeft, bestond destijds ons berggeschut mobiel slechts uit eene batterij van 8 houwitsers. Dit was natuurlijk geheel onvoldoende, om in de behoefte te' voorzien. De uitgebreidheid, die men aan de expeditie wenschte te geven, en de indeeling in drie brigades, eischte, dat men minstens over drie dergelijke batterijen moest kunnen beschikken, om er één aan iedere brigade te kunnen toevoegen. Om hieraan te kunnen voldoen, zouden dus twee veldbatterijen tot bergbatterij en moeten getransformeerd worden, hetgeen ook inderdaad plaats had en waarvoor eene veldbatterij van 90m Gl. (6 ®er) en eene van 8cm Getr. (4 ®er), bediend door de 18e en 3e kompagnie, respectie velijk te Batavia en Willem J, in aanmerking kwamen. Intusschen hadden reeds de proeven met een Getr. Br. bergkanon plaats gehad, en waren deze ten gunste van dat kanon uitgevallen, zoodat 18 stuks dier vuurmonden iu Nederland aangevraagd werden. De tijdige aankomst dezer vuurmonden gaf gelegenheid, daarmede nog de 3 bergbatterijen te bewapenen, waardoor echter iedere batterij uit slechts zes stukken kon worden samengesteld. Het beschikbare aantal Coehoornmortieren van 12cm liet ook slechts eene indeeling van 6 dier vuurmonden per batterij toe, terwijl voorts opgemerkt moet worden, dat, zelfs wanneer de 18 Getrokken berg-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 173