- 310 - en hierin kan het spoedig slagen, wijl het nu reeds de grenzen van het Engelsche gebied in Azië dicht genaderd is. Alsdan vindt de gistende Russische massa den weg open naar het rijke Zuidoostendan zal zij geen lucht meer zoeken in de richting van het overbevolkte en reeds uitge putte Westen. Bezworen ware dan de nachtmerrie van een strijd op leven en dood tusschen het Slavonische en Gerniaansche ras. Wij zijn dan ook van oordeel, dat Bismarck in het Ejyptische, evenals in het Tunesische avontuur, bedektelijk de hand heeft gehad. Immers door de Tunesische quaestie heeft Frankrijk zich -tot vijand gemaakt Engeland en Italiëdie beide uitbreiding van het Fransche ge zag aan de Middellandsche Zee met leede oogen aanzien. Engeland berokkent zich door zijn eigenmachtig optreden in Ejypte en de bezet ting van 't Shétï-kanaal niet alleen de vijandschap van Rtisland, maar tevens die van geheel overig Europa. Hoewel dus ook wij de gisting van het Slavonische ras erkennen, vree zen wij toch niet, dat de uitbarsting zoo nabij is. Vooral nu de ge neraal Michaël Skoleleff onverwacht gestorven en de hoofdleider Ignatieff gevallen is, is het gevaar niet meer dreigende, want Rusland heeft geen kans, in den oorlog met Duitschland overwinnaar te zijn zonder uitste kende aanvoerders, daar het niet eens, dan na langdurigen strijd, het krachtelooze Turkije kon ten onder brengen. In Frankrijk is de grootste ij veraar voor eenen oorlog tegen Pruisen, Gambettaeveneens gevallen dus ook daar dreigt geen onmiddellijk gevaar. Bovendien schijnen de Mogendheden het eens te zijn geworden over de be zetting van het ^Mes-kanaalten minste volgens het Reuter telegram van 15 Augustus, voorkomende in de Batavia-sche dagbladen van den 16en, heeft de conferentie te Constantinopel zitting en tevens eene beslissing genomen omtrent het Sheg-kanaal. Het telegram luidt„At the conference a protocol has been signed embodying the collective protection of the Suez-canal." Of nu de bezetting aan Engeland, aan dit Kijk en Frankrijk, dan wel aan eenige andere mogendheid zal worden opgedragen, meldt het telegram niet. Bismarck heeft den eersten stap op den weg naar Canossa gedaan door de benoeming van den heer Von Schlözer tot gezant bij het Va- ticaan. Of echter Bismarck den tweeden stap zal doen, is nog zeer de vraag. Wellicht tracht hij door dit gezantschap alleen het Centrum te bevredigen, om eenige voorstellen er door te halen, maar mislukt deze Dit wordt bevestigd door 't geen uit Berlijn aan de Kölnische Zeitictig is getele grafeerd. Zie maileditie der ïf. R. C. van 22 Juli 18S2, Ho. 41, onder „Duitschland." Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 323