319
Bedoelde daarin gekweekte plant heeft veel overeenkomst met de
paddie, vóór dat deze in den halm schuilt. De wijze van planten is
dezelfde als die der paddieen van daar dan ook den naam van
paddie-paddiegras, door den Inlander daaraan gegeven.
Deze grasvelden, onder wrater staande, schiet het daarin geplante gras
zoo welig op, dat het veelal in eenen moesson kan gesneden worden.
Wanneer in den oostmoesson in langen tijd geen regen valt, worden
vele dezer grasvelden, door gebrek aan water, droogen kunnen
alsdan slechts die landen aanhoudend gras leveren, welke, door hunne
lage ligging, ook in den droogen moesson, steeds toevoer van genoeg
zaam levend water hebben.
Behalve dit gras, wordt er te Batavia nog eene groote hoeveelheid
gras aangevoerd door grassnijders en dragers, die dat langs de wegen,
in tuinen, in drooge sawa's, van gallangans tusschen de sawa's, of
ook in rawa's snijden en derwaarts dragen. Dit gras wordt hier
algemeen pikolyms genoemd; doch het spreekt wel van zelf, dat
daarmede niet ééne zelfde grassoort bedoeld kan worden. De ver
schillende plaatsen waar het gewonnen wordt, maken dit al aanstonds
duidelijk.
De beste grassoort die daaronder wordt aangetroffen en die alge
meen gezocht is, noemt de Inlander leassoeran. Slechte grassoorten'
of liever planten tusschen het gras voorkomende, zijn de djarong-
djarongde mata-Tcarbau en vele biessoorten, vooral wanneer deze in den
bloei staan. Tusschen hooi geslopen, leveren die soorten echter geen
gevaar op, daar zij alsdan te zeer zijn uitgedroogd.
Het Bengaalsche gras, met andere grassoorten vermengd, is een
goed voedsel. Ter vervaardiging van hooi, is de aanplant daarvan,
in deze streken, echter te gering.
Onder het gras in de genoemde grasvelden gekweekt, komen genoemde
slechte planten, met het paddie-paddiegras gemengd, ook voor. En
dat gras is het hoofdvoedsel te Batavia.
Is dit op zich zelve reeds voldoende, om alhier aan hooivoeder de
voorkeur te geven, er zijn daarvoor nog tal van andere redenen bij
te brengen. Immers, het kan wel niet anders, of dat gras, dat in het
water uit den grond schiet, houdt zeer veel waterdeelen in en is
weinig voedzaam. Wanneer het kort is, snijdt de Inlander het onder
