341 zal dezen maatregel toejuichen. Maar wat doet men voor den In- landschen militair Men verbiedt hem kort en goed de huizen, waar het vocht verkocht wordt, dat hem even onmisbaar is geworden als den Europeaan de alcohol. Moge het gebruik van amfioen nadeeli- ger uitwerking hebben, dan dat van sterken drank, zeker leidt het niet tot zulke schandelijke gedragingen in het openbaar, welke den Eu ropeaan ook in het oog van den Inlander verachtelijk maken. En wat wordt den Inlandschenmilitair voor het verboden vocht in de plaats gegeven, of wat wordt gedaan, om ook hem gezelligheid te bezorgen? Niets, niets, en alleen onder het voorwendsel, dat hij in de kampong afleiding genoeg kan vinden. O ja, bijvoorbeeld op Borneoop Sumatravooral in Atjeh is de soldaat nog al gaarne gezien in de kampong! En meent men dan werkelijk, dat de Javaan door de bedoelde verbodsbepaling minder gebruik van amfioen zal maken? Dan vragen wij kan het nog erger, dan het nu is? Wijs ons eene Inlandsche compagnie, waar 10 °/0 niet-schuivende militairen zijn. Immers is dit ook natuurlijk. Vooreerst heeft het verbodene altijd eenige aantrekkelijkheid, maar vooral als daarbij kans van straf feloosheid komt, en die bestaat hier in ruime mate. Het is immers niet mogelijk, om de toegangen tot de amfioenkitten voortdurend te bewaken, en nu handelt men uit een paedagogisch oogpunt al zeer onvoorzichtig en verkeerd, om iets te verbieden, wat men niet bij machte is, tegen te gaan. Terecht zegt prof. Moddermandat niet de zwaarte, maar de zekerheid van straf iemand van misdrijf zal tegen houden. Hoe strenger men bovendien het bezoek der amfioenkitten zal tegengaan, hoe sterker het gebruik wordt in de stille kitten, waar wel goedkooper, maar ook slechter amfioen verkocht wordt. Hier zal de man trachten, om voor de koeren, dat hij ongemerkt binnensluipt, zooveel mogelijk te gelijk te schuiven, hetgeen onge twijfeld het nadeeligst op zijn lichaam werkt. Menig officier zal eene handeling als de volgende zeker ergerlijk noemen. Toen wij postcominandant waren, brak eene epidemische ziekte uit, welke vooral op den passar sterk heerschte. Wij. verzochten daarop den pachter, om op eene andere plaats in de.nabijheid, maar buiten den passar, een warong tevens amfioenkit te openen, en die uitsluitend voor soldaten toegankelijk te stellen. Bij de jaarlijksehe

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 354