363 pagnie daarbij present kan zijn, achten wij liet toch ten eenenmale strijdig met den rang van officier, de passars en toko's rond te loopen, om geld te wisselenzelfs zouden we, wanneer, 't geen ons ondenkbaar voorkomt, dit palliatief van hoogerhand werd aanbevolen, ons liever aan verlies blootstellen, dan zelf een dergelijk werk te verrichten, of dit aan een onzer luitenants op te dragen. Wellicht verdient het aanbeveling, voor te schrijven, dat, op de dagen van het uitbetalen der soldij, de kas der militaire cantine voorzien moet zijn van het noodige klein geld voor de compagniën. Zoo onmogelijk zou dit niet zijn, want daarheen wordt toch door gaans het grootste gedeelte der soldij gebrachthet kleine geld blijft daar toch hangen. Wanneer dit was voorgeschreven, dan zouden wij voorzeker niet aarzelen, ook, om niemand in de verzoeking te brengen, op de dagen van het uitbetalen der soldij, b. v. een half uur van te voren, den officier der week de benoodigde som ter hand te stellen, ter omwis seling in de cantine, en de niet uitbetaalde soldij door hem doen medenemen, om, in gevolge voorschrift, des namiddags aan de in dienst geweest zijnden uit te betalen. Dochwe vreezen, dat M. P.'s en onze wenschen wel tot de vrome zullen blijven behooren en stappen dus van dit onderwerp af, om aan de eigenlijke, ons opgelegde taak te beginnen. M. P.'s opmerkingen betreffende de artikelen 2 en 3 zijn zeer juist. Wenschelijk ware het dan ook, dat in het Keglement werd opgenomen, dat iederen meerdere overal gehoorzaamheid en eerbied worde betoond. In het Duitsche leger bestaat deze bepaling. In Yon Lüdinöhausen's Organisation und Dienst der Kriegsmaclit des Deutschen Beichs VI Aufl. 1872, lezen we op bladz. 230 onder 208 het volgende: „Zum nnbedingten Gehorsam ist der Untergebene unter allen Umstanden verpflichtet, im Dienst und auszer Dienstauch wenn der Befehl ungesetzlich ist oder sich nur auf Privatverhaltnisse des Vor- gesetzten bezieht. In den letzten beiden Fallen steht ihm jedoch nach Ausfiihrung des Befehls der Weg der Beschwerde offen." Wij curaiveeren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 376