366 -
deling voordragen. Deze meerdere noodigt nu de beide partijen uit,
om de zaak op schrift te brengen en beslist vervolgens. Met die
beslissing behoeft echter de klager geen genoegen te nemen, doch
kan hij zich weer met zijne klacht tot den volgenden meerdere wen
den, en zoo tot in het hoogste ressort appeleeren. Het verder ver
volgen van eene dergelijke klacht verzwaart echter telkenmale de
deswege op te leggen straf, bij ongegrond bevinding der reclame.
Wij achten die verplichte, officieele tusschenkomst van de kamera
den eene goede zaak. Menig jong officier, wien het bloed wat al te
snel door de aderen bruischt, en die anders misschien hulp en raad
zou zoeken aan de bekende ronde tafel (niet altijd de geschikste plaats
daarvoor, zooals we weten) wordt daardoor van het doen van onberaden
stappen teruggehouden.
In minder ernstige gevallen, wanneer bijv. onder het exerceeren
een officier door een meerdere wordt berispt over eene fout, die hij
meent niet gemaakt te hebben, of waaraan hij niet schuldig is, mag
hij daarover na afloop der oefening niet zelf zijn meerdere aan
spreken, maar moet hij zijn oudsten op de plaats aanwezigen collega
verzoeken zulks te doen.
Ook eene uitstekende bepaling, om, dikwijls voor beide partijen
onaangename, woordenwisselingen en de gevolgen van dien te voor
komen.
Keeren wij na deze uitweiding, waartoe de artikelen 2 en 3 van
onzen Inwendigen Dienst aanleiding gaven, tot M. P.'s artikel terug.
Evenmin als de geachte Schr. zien wij het nut in, waarom bij de
huisvesting eener compagnie bijv. de le en 3e sectie het eerste pe
loton moeten vormen, enz. We zijn het echter niet met hem eens,
dat dit nergens is voorgeschreven Model N° 9a toch geeft die indeeling
duidelijk aan, anders zou het niet in zijn geheel in het Reglement
zijn opgenomen geworden. Yan het oogenblik af dat we in dienst
traden, hebben we nimmer kunnen begrijpen, waartoe dat geknutsel
diende, want geen enkel compagniescommandant zal toch zoo onver
standig zijn, om de oudste helft van zijn kader bij het lste en de
jongste bij het 2e peloton in te deelen.
M. P. spreekt er van, om, waar met het oog op de beschikbare
Wij hacldcn haast gezegd: casu quoofte wel C. Q; die bespottelijke, door de