395
Staatsblad opgenomen nieuwe voorschriften betreffende de administratie
bij de militaire ziekeninrichtingen, welke, ingevolge het besluit van 13
Juni 1876, No. 16 [Staatsblad No. 148], in werking zouden treden met
1 Januari 1877, dat gelijktijdig met die inwerkingtreding, als overbodig,
als met die voorschriften in strijd, dan wel als daarbij opgenomen, buiten'
werking werden gesteld alle circulaires, door dat Departement, den
Hoofdintendant en andere autoriteiten of administration uitgevaardigd, die
- of voor zooveel zij bepalingen inhielden, betrekking hebbende op het
voeren der administratie bij de voormelde inrichtingen; zoomede een
kleine zeventig Algemeene Orders voor het Indische Leger of gedeelten
van zulke orders.
Prachtig! dacht men toen. Dat geeft lucht, want wij stikken bijna
door den druk van al die voorschriften, waaronder er zijn van circa
veertig jaren oud.
Maar jawel! Dat prachtige was slechts schijnbaar. De laatste pa
ragraaf van de Leger-order, waarbij al dat moois werd gepubliceerd, ont
nam aan hen, die niet in het sérail opgevoed zijn, en er dus ook les
détours niet van kennen, alle illusiën.
„Indien zoo werd den 28sten September 1876 gezegd „indien bij
de inwerkingtreding der nieuwe bepalingen onverhoopt nog niet mogt
uitgegeven of bekend zijn, het voorschrift voor de inwendige dienst en
de politie bij de hospitalen, bedoeld bij artikel 4 a van het vorenom-
schreven Gouvernements besluit van 10 April 1876, No. 8"
dan? ja, wat dan?wel, heel eenvoudig! danblij -
ven tot aan de bekendwording van dat voorschrift van krachtal de voor
schriften in deze order (dat isNo. 90 van 1876) als ingetrokken ver
meld, zoowel van het administratie-reglement als andere, die betrekking
hebben op de inwendige dienst en de politie bij de hospitalen en uit dien
hoofde niet in de nieuwe administratieve voorschriften overgenomen zijn."
„Onverhoopt!" Zoo ooit, dan was toen dat woord op zijn plaats!
We hebben nu toch bijna September 1882. En nog steeds kijkt ieder, die
er mee te maken heeft, met evenveel verlangen als wijlen Zuster Anna,
uit naar de komst van het toegezegde Voorschrift.
Mogen zij, die de vaststelling kunnen bevorderen, eenig medelijden be-
toonen met hunne minder gelukkige administratieve lotgenooten, die in
de practijk ondervinden, hoe noodig het is, dergelijke en alle andere
voorschriften in den meest compacten vorm zamen te vatten en te pu-
bliceeren.
Augustus '82. Efn uit vele^