427 te bestrijden, dat door hooger hand ontworpen, aanbevolen, en eindelijk ingesteld is geworden en in hun oog nog altijd „krediet" heeft! Het is om er kippevel van te krijgen Wij herinneren ons, dat een 12tal jaren geleden te Batavia voor het Hoog Militair Gerechtshof aldaar, een le Luitenant te recht stond, van wien 't werd uit de processtukken voorgelezen in de conduitelijst stond aangeteekend, dat „hij in couranten schreef Een generaal afdeelings-commandant had van die „bijzonder heid" melding gemaakt. Deze aanteekening nu hebben wij altijd „veelzeggend" gevonden, omdat ze ter vermijding van een omhaal van woorden, beduidde „denkt er om Heeren chefs, die na mij zullen komen, dat deze officier „er een van de gevaarlijke soort is; vertrouwt hem niet; houdt'em „in 't oog en behandelt hem naar zijne ondeugdelijke qualitcit van „courantenschrijver. Zóó is het gebleven tot op dezen dag! Nog niet lang geleden vernamen wij van een onzer kennissen, dat hij van eene zeer hooge zijde gewaarschuwd was geworden, om niets onaangenaams van den generaalop schrift te stellen, omdat die generaalal was hij dan ook gepensionneerdzoo werd hem gezegd, nog altijd veel invloed in Indië had. Tegen zulk een dompersysteem nu teekenen wij protest aan, terwijl wij, om dezelfde redenen (met het feit rekening houdende, dat het „Schrijven", zoodra het in geene verheerlijkende bewoordingen vervat is, den schrijver veeleer kwaad dan goed doet), niet in het koor wenschen mede te zingen van al die „moedigen", die met groote woorden en veel bombarie tegen den reptielenaard van iederen Ano- niemus verkiezen uit te varen. Haast ware uit onze pen gevloeid, dat naar de mate „militaire wil lekeur" uit het leger zal verbannen worden, ook het aantal „militai re anonieme schrijvers" zal afnemen. Deze bewering houdt, van naderbij bezien, evenwel geen steek. Wat b. v. te doen tegen willekeur als deze? De luitenant X. veroorlooft zich de vrijheid, om in een militair geschrift of in eenige courant een opstel te doen plaatsen, waarin hij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 440