- 435 - zijne meening, dat de Gouverneur-Generaal van den l11 tot den I3n te Batavia bleef, heeft neergeschreven met de bedoeling, eenig gewicht in de schaal te leggen, wat betreft het gebeurde van den 2" tot en met den 5n Mei en daarbij over het hoofd ziet, dat het vertrek op den 7n en de terugkomst op den 9" daarmede, in den volsten zin des woords, niets te maken heeft. Anders echter is het met het geen de Heer P. beweerde. Deze zegt, bladz. 571 van het April nummer van dit jaar van de „Indische Gids", dat de brief van den Heer V. D. op den 2» Mei geschreven werd, en dat de Generaal V. S. op zich nam, hem den 4n Mei mede naar Buitenzorg te nemen. Volgens die lezing vertrok de Gouverneur-Generaal nog in den namiddag van den 2" dan wel in den morgen van den 3n Mei naar Buitenzorg. Dit volgt uit de mededeeling, dat de Generaal V. S. op zich nam, den brief, die den 2n Mei, nadat de Heer V. D. in den namiddag en avond van dien dag door ettelijke mannen, die het wel met hem meenden, was bezocht, werd geschreven, op den 4" mode naar Buitenzorg te nemen. Immers was dat inedenemen onnoodig wanneer do Gouverneur-Generaal zich den 3" en 4n Mei nog te Batavia bevond; 't geen werkelijk zoo was. V as de brief, zooals uit de mededeeling van den Heer Pin het April-nummer van de „Indische Gids" van dit jaar moet worden afgeleid, op den 4n Mei door den Generaal De Neve mede naar Buitenzorg genomen en daar aan het paleis afgegeven, en werd hij omstreeks 10 uur in den morgen van dien dag, of iets later, per draad terug gevraagd, dan was het feitelijk onmogelijk, dat de Heer F. D. zijn brief eerst terug vroeg toen de Gouverneur-Generaal hem liet antwoorden, dat de Koninklijke waardigheid eischte, dat zijn gedrag niet ongestraft zou blijven. Door den Gouverneur-Generaal nog in den namiddag van den 2n, of uiterlijk in den vroegen morgen van den 3en (1), naar Buitenzorg te laten vertrekken en hem door den (1) „Dat schrijven liad plaats dienzelfden Zaterdag den 2n Mei. De Gene raal Van Swieten, die voornemens was den volgenden Maandag 4n Mei naar Buitenzorg „te vertrekken, nam op zich, dien brief mede te nemen, het terrein te polsen en „wanneer dat gunstig bevonden werd, dat schrijven aan den Gouverneur-Generaal „te overhandigen." Toonen die woorden van den Heer P. niet duidelijk aan, dat de Gouverneur-Generaal tijdens het schrijven van den brief en de bespreking met den Generaal V. S. reeds was vertrokken

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 448