445 „gepaard ging, aanbood zelf mijne brieven aan den Sultan naar den "Kraton te brengen, zag ik in het verzuim, op den 16" April gepleegd, „meer eene verkeerdheid, het gevolg eener onbedachtzaamheid, waar- „rnede rekening moest worden gehouden, dan eenig opzet zonder „kwade bedoeling"; terwijl hij op bladz. 183 nog wees op de Militaire Willemsorde, den kapitein f er doet op zijne voordracht ten deel ge vallen, ten bewijze dat hij noch onbillijk heeft willen zijn, noch het iemand onaangenaam heeft willen maken. Toch vatte de Heer Verdoet vuur. In een opstel, welks inhoud zóó strijdig is met zijn humaan karakter, dat men het slechts even behoeft m te zien, om tot de overtuiging te komen wie er do hand in heeft gehad, erkent hij niet te weten, of hij, van den Kolonel Pel bij den Generaal V. S. komende, dezen heeft gesproken over zijne twee briefjes; beweert hij, zich aan geen verzuim te hebben schuldig gemaakt, en eindigt hij met een verhaal van de ruwe be handeling tegen het vallen van den avond, toen hij gewond daar neder lag, van den Generaal De Neve ondervonden, en de hartelijke toe spraak, hem wat later van den Generaal Verspijck ten deel gevallen. Eerst bezocht door den Generaal De Neve en daarop door den Generaal Verspijck. Hoe onhandig om dat de vertellen.— Op zijne beurt zou de Generaal V. S. nu kunnen zeggen„Heeft „de kapitein Vervloei, toen de Generaal D. N. hem toevoegde „hoe „„heb je zoo anti-nnlitair kunnen handelen"", dan niet getracht, „zich te verontschuldigen, door te wijzen op de twee briefjes, door „hem afgezonden? Aannemende echter, dat hij dit tegen over den „Generaal D. N. niet heeft willen doen, immers zegt hij zelf „„ik „„zweeg,"" hoeft hij dan, toen de generaal Verspijck hem zoo hartelijk „toesprak, en hij dezen zijn „„diep leed openbaarde (1)" „„van die twee „„biiefjes, welker afzending blijkbaar een belangrijk punt in derecht- „vaardiging zijner handelingen uitmaakte in 'tgeheel niet gesproken? (2) „„Had de generaal (nu de Generaal Verspijck) de zeer natuurlijke „„vraag of er eenig rapport was afgezonden in 't geheel niet aan (1) Indische Gids, December 1880, bladz. 1064. De uitdrukking van den Generaal Verspijch op bladz. 71 van zijn werk „Gene, raai Van Swieten en de Waarheid'wordt l.ier woordelijk overgekomen. Ook de volgende M-agen en gezegden komen bijna woordelijk overeen met die van den Generaal Verspijch,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1882 | | pagina 458