447
schuld te willen geven van hetgeen anderen misdedend. w. z. den
aangevallenen zelfs hot recht van verdediging te ontzeggen. Waarom
moesten de grievendie men ten rechte of ten onrechte meende te heb
ben tegen den Gouverneur-Generaal Loudon worden verhaald op diens
vriend, den Generaal V. S., die met al 't gebeurde niets te maken had.
Bij het inzien der brochure van den Heer P. werd mijne aan
dacht nog getroffen door het woord indagingvoorkomende
op bladz. 43, zulks in verband met de bewering van dien Sclir.
dat de Generaal V. S. don kapitein V. _D., zesmaal voor de Militaire
Willemsorde voordroeg, waarvan eens voor de 3° klasse. Wat be
treft die indagingde Heer P. kan ze gerust bij deurwaarders- exploit
doen herhalen. Beter dan iemand moet hij wetendat er nooit aan
zal en kan voldaan wordenom de eenvoudige reden dat de Regeering
nooit toestemming zal geven, dat de inhoud van geheime stukken
wordt openbaar gemaakt, omja, omdat de Heer P. den Generaal
V. S. heeft ingedaagddat te bewerken.
Maar zeker is het, dat ieder officier te Bataviadie evenals de
Heer P. inzage heeft gehad van den door den laatsten bedoelden
voordrachtstaatwanneer men hom vraagt of V. I). werkelijk vijf
malen voor de Militaire Willemsorde 4e klasse is voorgedragen,
antwoordt: „praatjes." De kapitein V. D. is maar eens voorgedragen,
en wel tot Ridder der Militaire Willemsorde 4e klasse, met gelijk
tijdige verheffing tot de 3e klasse, tevens met vermelding van al
de feiten (zes in getal), waarvoor die onderscheiding is verdiend.
Dat klopt ook met artikel 12 van het Reglement op het toekennen
der Militaire Willemsordewaarin men leest, dat het kapittel, naar
mate van de uitstekendheid van de daad, zal adviseeren tot het be-
loonen derzelve met het ordeteeken der eerste, tweede, derde of
vierde klasse. Yan meer den één advies, wanneer gemeend wordt,
dat eene hoogere dan de vierde klasse verdiend is, is daar geen
sprake. In het door den Heer P. aangehaalde artikel 15 wordt ge
sproken van de benoeming, niet van de voordracht, en zelfs de eer
dere benoeming tot Ridder der 4 klasse geschiedt slechts één maal,
niet vijf malenzooals de Heer P. het wil doen voorkomendat
bij de voordracht van V. D. tot Ridder der Militaire Willemsorde is
