477
Den 15den September keerde de Generaal naar Atjeh terug en bij
besluit van 10 October d. a. v., No 18, werden beide gouvernements
commissarissen van hunne opdracht ontheven.
Bij Gouv. besluit van 29 October 1880, N° 1, werd de Generaal
uitgenoodigd, nieuwe voorstellen in te dienen, ten aanzien der orga
nisatie van het inlandsch bestuur in Groot Atjeh. Hierbij werd dus
alléén de Generaal aangewezen, om die voorstellen in te dienen,
en in zjjne Nota zegt de Minister, dat in de Vergadering van 11
September was beslist, dat zulks zou geschieden met den Heer Der
Kinderen. Alweer eene tegenstrijdigheid
Eeist 8 November d. a. v., dus slechts drie dagen voor het vertrek
van mr. Der Kinderen naar Atjehnam de G. G. eene beschikking,
waarbij die voorstellen in overleg met Mr. der K. in behandeling
moesten genomen worden. Dienzelfden dag (vide brief van den Heer
Der Kinderen in Het Vaderland van 10 Juni 1881, N° 134) werd
deze bij den Gouverneur-Generaal ontboden. Bij die gelegenheid werd
de mogelijkheid te doen geboren worden om spoediger dan elders het geval is geweest,
te geraken tot die normale toestanden, zonder welke eene geheele bevrediging, opbeu
ring en ontwikkeling des lands onmogelijk zijn; 3e dat de toestand van vrede,
welke, volgens Uwer Excellence's herhaalde getuigenissen, sedert de laatste krijgs
verrichtingen in Augustus 1879 op Groot-Atjeh heeft geheersclit, en al de andere
kenteekenen, die waar te nemen zijn, ten bewijze strekken, dat genoemd doel werkelijk
bereikt is; 4e dat het langer doen voortduren van eenen met dat einddoel in strijd zijnden
abnormalen toestand, dus niet gewettigd zou zijn, maar daarentegen aan hoofden en
bevolking geene krachtiger bevestiging kan gegeven worden van ons voornemen om
op Atjeh te blijven, en van het onherroepelijke der annexatie, dan het doen vervan
gen van tijdelijke maatregelen, door eene bestuursinrichting zooals die bestaat in de
van ouds aan ons gezag onderworpen gewesten.
In werkelijkheid wordt daardoor de kroon gezet op het gebouw, door den helden
moed en de toewijding van het Indisch Leger onder Uwer Excellence's krachtige
leiding opgetrokken.
Het doel van dit schrijven is om Uwe Excellentie deswege nogmaals de betuiging
mijner waardecring en den dank der Regeering aan te bieden.
De Gouverneur-Generaal van Hederlandsch-lndië,
(w. g.) Van Lansberge.
Voor eensluidend afschrift:
Aan (w. g.) K. van der Heijden.
den Gouverneur
van Atjeh en Onderhoorigheden.