679
Als curiosieteit is daaromtrent te vermelden, dat o. a. een tarief is
gearresteerd van „extra-uitdeelingen aan officieren en minderen in tijden
„van oorlog in versterkte plaatsen", volgens welk tarief eenmaal per week
en per man:
1 haring,
0.2 Kg. tabak met een pijpje en een dopje zoomede
7 sigaren
mogen verstrekt worden, terwijl betreffende limoensap aangeteekend
staat, dat de hoeveelheid zal bepaald worden door den hevelhebber der
troepen, in overleg met den officier van gezondheid.
Hoe nu te doen, indien een gewond soldaat, als eene welkome versnape
ring in zijne kazemat, eens lust krijgt, om 2 haringen in eene en dezelf
de week te verorberen? Zoude, zoo vragen wij verder, de generaal
Chassé, gedurende de verdediging der citadel van Antwerpentijd gehad
hebben, om met den officier van gezondheid over een paar gulden limoensap
te confereeren?
Schijfschieten.
Den soldaat behoort te worden ingeprent, om, op korten afstand van
den vijand gekomen, zoo min mogelijk zich aan diens vuur bloot te
stellen, door slechts kruipende of sluipende, sprongsgewijze te naderen
en knielende, liggende of zittende terug te vuren.
Daarmede weinig in overeenstemming wordt hem echter in de le
klasse van het schijfschieten geleerd, niet anders dan in staande houding
te vuren.
De eenige uitzondering daarop wordt gemaakt bij het pelotons- en
gelederen-vuur, zoomede het vuren in verspreide orde, als wanneer ook
knielende en liggende het vuur wordt afgegeven.
De vraag verdient evenwel overweging, of het niet beter zoude zijn
wanneer ook bij het individueel vuur aldadelijk de knielende en liggende
houdingen beoefend werden.
Lotsverbetering der Onderofficieren.
Bij de Begrooting van Oorlog voor 1883 stelt de Minister Reuther voor,
om aan de sergeanten, wachtmeesters of fouriers, na drie jaren dienst als
zoodanig, 10 cents en na zes jaren dienst nog eens 30 cents daags
meer soldij toe te kennen, terwijl aan de sergeanten-majoor en opper
wachtmeesters van de 2e klasse 20 cents daags meer dan thans zou worden