BESCHOUWINGEN OYER HET ARTIKEL: DE BEHANDE
LING YAN HET CAYALERIEPAARD IN INDIË.
Het artikel, voorkomende in het Indisch Militair Tijdschrift No. 4
van dit jaar, over de behandeling' van het Cavaleriepaard in Indië,
zal voorzeker op niet ingewijden in het wapen een allerongunstigsten
indruk gemaakt hebben.
Nog slechts het certificaat van den onderteekenaar, dat de Cava
leristen slecht geoefende manschappen zijn, en liet wapen is
gelijk 0.
Gelukkig echter voor het Nederlandsch-Indische Leger, is het
anders met dat wapen gesteld; gelukkig, dat de kapitein Kool, die
in de Kamers van Afgevaardigden, zoo voor dit wapen ijverde, ook
wel wist te wijzen op de goede diensten, door de Cavalerie gedu
rende de Atjeh-enpeditie bewezen; gelukkig dat Schr. bij de behan
deling van dit onderwerp mistast en daardoor bewijzen geeft, niet
geheel en al te weten, wat te Salatigaalwaar het grootste gedeelte
van het wapen en do Chef garnizoen houden, geschiedt.
Ook is het Leger niet onbekend met de vele en goede diensten der
Cavalerie tijdens de expeditie tegen Bonto-Bonto.
Het opstel begint met de vraag, hoeveel paarden er wel niet ge
knakt worden door het bezemen der stalwachts, het zoogenaamde
toilet maken, om de pas aangekochte paarden voor den Chef te
brengen en het overigens poetsen en nogmaals poetsen der paarden.
Schrijver zou, thans de remonte te Salatiga, 94 in getal, ziende,
de handen samenslaan. Die paarden, in de maanden Mei, Juni, Juli
en Augustus te Semarang aangekocht, ten getale van 95 (één overleed
aan longontsteking) zijn, niettegenstaande al dat geknak, thans flinke
en bijna allen afgerichte paarden. Die dieren, allen in dezelfde stal