153
eigenthümlicli zu überlassen. Findet iiber den Betrag der Vergütttttg
eine Einigung nicht statt, so erfolgt die Feststellung des Werthes durcli
Sachverstiindige nacb Maszgabe der Bestimmungen des 33."
Dergelijke bepalingen bestaan in Inclië nog niet. Omtrent de be
schikking der Indische regeering in tijd van oorlog over de stoomsche
pen der Ned.-Indische stoomvaartmaatschappij" voor het transport
van troepen enz., raadplege men het tusschen die maatschappij en
de regeering gesloten contract, dat gedrukt is.
2. De requisitie van paarden. Daaromtrent luiden de 25 27
der Duitsche wet van 1873:
„Zur Bescliaffung und Erhaltung des kriegsmaszigen Pferdebedarfs der
Armee sind alle Pferdebesitzer verpflicktet, ihre zum Kriegsdienst fiir
tauglich erklarten Pferde gegen Ersatz des vollen von Sachverstandigen
unter Zugrundelegung der Friedenspreise endgiiltig festzustellonden Wer
thes an die Militairbehörde zu überlassen.
„Befre it hiervon sind nur:
1. Mitglieder der regierenden deutschen Familien;
2. die Gesandten fremder Machte und das Gesandtschaftspersonal
3. Beamte im Reichs- oder Staatsdienste hinsichtlich der zum Dienst-
gebrauch, sowie Aerzte und Tliierarzte hinsichtlich der zur Ausübung ihr.es
Berufes nothwendigen Pferde;
4. die Posthalter hinsichtlich derjenigen Pferdezahl, welche von ihnen
zur Beförderung der Posten kontraktmaszig gehalten werden musz."
„Die Sachverstandigen 25) sind für jeden Lieferungsverband durcli
dessen Vertretung periodisch zu wahlen."
„Das Schatzungsverfahren findet unter Leitung' eines von der Landes-
regierung bestellten Kommissars statt. Die Kosten tragt das Reich."
„Der festgestellte Werth wird dem Eigenthümer aus den bereitesten
Bestanden der Kriegskasse baar vergütet."
11
Men raadplege voor het hierbedoelde contract der Ned.-Indische stoomvaartmaat
schappij het Gt. B. dd. 15 December 1879, No. 3 en de „Bijbladen" Nos. 2744 en
3153. De Indische regeering heeft volgens dat contract het recht, in tijd van oorlog,
tegen betaling, desnoods over de geheele stoomvloot der maatschappij te beschikken.
Er zijn echter nog andere particuliere stoomvaartlijnen in den Indischen archipel.
Hoe de concessievoorwaarden daarvan luiden, is ons niet bekend. Wenschelijk zoude
het zijn, in alle volgende concessievoorwaarden aan het gebruik der stoomschepen
in tijd van oorlog, ten bate van het gouvernement te denken. Raadpleeg: Monitor,
„De transportschepen van het Indische leger", Batavia, G. Kolff Co. 1878.