158 Inlandsche benden te land en ter zee, ten ware zij van zóódanig belang mochten zijn, dat de openbare rust en veiligheid in eenige plaats of landstreek bepaaldelijk in gevaar wordt gebracht. 2. Het in staat van beleg verklaren zal zoowel in oorlogs- als in vredestijd kunnen geschieden, doch alleen bij dringend gevaar voor de uitwendige of inwendige veiligheid van Nederlandsch-Indië of eenig gedeelte daarvan, zooals bij onverhocdschen aanval, insluiting of berenning en bij oproer, wanneer de gewone middelen om dat te bedwingen onvoldoende zijn. Hoofdstuk II. "Van de vormen der verklaring in staat van oorlog en 3. I)e bevoegdheid tot de verklaring in staat van oorlog of van beleg berust alleen bij den Gouverneur-Generaal. Wanneer evenwel de gemeenschap met den zetel der Regeering afgesneden is of de omstandigheden van dien aard zijn, dat het afwachten der beslissing van den Gouverneur-Generaal op het daar toe gedaan voorstel aan ernstige gevaren blootstelt, zijn de hoogste gewestelijke of plaatselijke militaire autoriteiten bevoegd, den staat van oorlog of van beleg hetzij op voorstel van de hoogste gewes telijke of plaatselijke civiele autoriteit, hetzij, bij nakend gevaar, zonder dat voorstel af te wachten voorloopig af te kondigen binnen den kring van hun gewestelijk of plaatselijk commandement, ook voor het geval, bedoeld bij Staatsblad van 1860, N° 77. 4. Het besluit, waarbij eene plaats of landstreek voorloopig of definitief in staat van oorlog of van beleg wordt verklaard, moet o. m. behelzen 1°. Eene juiste omschrijving van den kring der plaats of landstreek, waarop deze buitengewone maatregel wordt toegepast. 2°. De redenen, welke daartoe hebben geleid. 3°. Do gevolgen, daaruit voortvloeiende, met opzicht tot de rechts pleging, zoowel van de krijgsmacht als van de niet daartoe behoorende personen, en de in verband met den toestand noodig geachte nieuwe verordeningen en strafbepalingen. VAN BELEG.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 169