Engelschen, die aldaar reeds verschillende stapelplaatsen bezaten, hadden
zich, tengevolge dezer oorlogen, het grootste deel der provinciën van
Hindostan toegeeigend. Op die oorlogen volgde hongersnood. Deze had
een groote sterfte ten gevolge; en het was eerst na deze sterfte, dat de
verschrikkelijke epidemie van 1817 uitbrak, die later haren togt rond de
wereld volbragt; van af dit tijdstip heeft de Cholera niet opgehouden
zich dan in de eene, dan in de andere provincie te vertoonen.
Na de epidemie van 1817, was die van 1860 een der moorddadigste'
ook deze werd door de ernstigste gebeurtenissen voorafgegaan, die om
zoo te zeggen, een tweede verovering van verscheidene provinciën nood
zakelijk maakten. Tengevolge der inlijving van het koningrijk Oude en
om andere redenen, brak er in Indië een hevig oproer uit. In 1857
kwamen de Ci/paijers in verzet en veroorzaakten een algemeenen opstand.
Oogenblikkelijk werden van de Kaap de Goede Hoopvan Mauritius en
uit Engeland troepen daarheen gezonden; bloedige veldslagen hadden in
verschillende deelen van het Indische grondgebied plaatsen eene ver
schrikkelijke sterfte was daarvan het gevolg. Het was eerst in I860,
na de onderwerping der Cipaijers en de vrede van Hindostandat En
geland zijne overtollige troepen terug riep. Zoowel deze oorlogen als de
genen die in 1817 plaatsgrepen, hadden een groote schaarschte aan levens
middelen veroorzaakt; zoodat, beide malen, het getal dergenen die van
honger omkwamen, dat der in den oorlog gevallenen verre overtrof. Op
het einde van 1860 brak er dan ook wederom eene Cholera uit, die in
Indië aller moorddadigst woedde; en op nieuw hare verwoestingen tot in
de verste landen uitbreidde.
Laat ons nu zien, waar wij de oorzaken vinden kunnen, die den en-
demischen staat der Indische Cholera te weeg brengen?
Zij moeten alleen in de ongezonde plaatselijke gesteldheid dier streeken,
die, vereenig-d met andere omstandigheden, gemelde ziekte doet ontstaan
en de ontwikkeling daarvan bevordert, gezocht worden.
Hindostan of Engelsch-Indië is tusschen 7° 27' en 31° 40' Noorder
breedte, en tusschen 56° en 90° Ooster lengte gelegen. Het westelijk deel
wordt door de Indische Zee; het oostelijke door de golf van Bengalen
bespoeld. Dit grondgebied bevat meer dan 150 millioen inwoners. Het is
van een groot aantal rivieren doorsneden, waarvan de voornaamsten, de Sind
en de Gangesdoor eene menigte kleinere wateren worden gevormd. Uit
genomen op de hooge bergen, is het klimaat aldaar zeer heet. Men kent
er slechts twee jaargetijden: het drooge saisoen en dat der regens. Ge
durende dit laatste valt het water bij stroomen neder; treden de rivieren