252 opperste gezag over zijne ondergeschikten toe te vertrouwen, de nog slechter gewoonte tot het, in grooten getale benutten, niet van natio nale troepen, van landskinderen, maar van henden huurlingen, veelal Zwitsers die men zwaar bezoldigde, en die wèl goed en dapper vochten, maar dit deden, heden vóór, en morgen tegen hetzelfde leger, al naar mate der meerdere of mindere bezoldiging die men hun toekende, lieden, die elk oogenblik in opstand kwamen om hooger soldij te erlangen, al deze diep ingrijpende misbruiken hadden de zamenstelling van goede legers onmogelijk gemaakt. Met schade en schande moest men zich eindelijk van die kwade bestanddeelen weder ontdoen. Weldra evenwel bewees Frederik II aan Europa wat men kan uitrigten, met een betrekkelijk klein, maar goecl geregeld, en goed gedisciplineerd leger. De krijgstucht had toen in het Pruisische leger een ernstig, zéér streng karakter; zij had tot grondslag, om de wilskracht van elk individu geheel en uitsluitend te beperken tot het belang der Ko ninklijke dienst, en de bevordering van dat belang te beschouwen, als het hoogste, het edelste doel. Frederik Wilhelm I deed reeds de krijgstucht uit dit oogpunt be schouwen, en vestigde de tucht op dien hechten grondslag, waarvan hij niet wilde afwijken. De erfgenamen zijner kroon, voor wie hij de middelen schiep om eenmaal in de rij der Vorsten met glans te schitteren, wilde hij, niet zonder daarbij zekere despotieke halstarrigheid te toonen, aan de eischen van die krijgstucht onderwerpen. De vriend der jeugd van den Grooten Frederikde ongelukkige Katt, achterkleinzoon van een Veldmaarschalk, zoon van een Luite nant-Generaal, stierf op het schavot als een slagtoffer voor pligtver- zaking als een zoenoffer voor de beleedigde militaire wetten! Frederik's hart bloedde bij het graf van zijnen vriend; maar, van af dien oogenblik gingen de eigenaardige inzigten van zijnen vader, bij de behandeling van militaire zaken in hem over, en leerde hij de krijgstucht geheel naar diens begrippen opvatten en ten uitvoer leggen. Behalve het Reglement van krijgstucht voor de officieren, en de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 263