258 Nu is ontegenzeggenlijk in de laatste 10 jaar zeer veel gedaan, juist in het belang van theoretisch onderwijs en practische instructie, vooral wat het Officiers-korps betreft, maar, hoe veel er ook ten deze in Frankrijk nog te doen overblijft, bleek onlangs weder op treurige wijze, toen, bij eene groote manoeuvre in de omstreken van Parijs een Generaal, die zijne meeste dienstjaren achter de schrijftafel had doorgebragt, door den Inspecteur totaal ongeschikt werd verklaard, omdat hij niet in staat was, zélf de noodige kommando's te doen, maar zich die door zijne Adjudanten deed influisteren. De oorlog 18701871 heeft getoond, welke menschen massa's Frankrijk op de been kan brengen; de vrede doet zien, welke mil- lioenen massa's Frankrijk voor zijn Leger kan en wil uitgeven! Maar, noch menschen-massa's noch geld-massa's vormen alléén een deugdelijk .Leger, een Leger waarop het Vaderland kan betrouwen. Dat heeft de ondervinding bewezen! Om hiertoe te geraken moet de tegenwoordige, nog steeds zeer onzekere toestand in Frankrijk ophouden te bestaan. Om het even of Frankrijk eene Republiek, een Koninkrijk of een Keizerrijk zij, mits het een krachtig bestuur hebbe, dat met vaste hand alle andere partijen ten onder brengt, en zonder schroom het geheele Officiers korps van onder tot boven op énergieke wijze van alle slechte ele menten zuivert. Eerst als dit geschied is, zal de mogelijkheid bestaan, om een deugdelijk Leger te organiseeren. Laten wij nu eens zien, hoe het met de krijgstucht is gesteld, in de legers van nog twee andere groote mogendheden, in Europa, n. 1. Engeland en Oostenrijk. Het Engelsche Leger was, onder Eduard 1 en zijne groote opvolgers uit het huis der Plantagenets beroemd wegens zijne uitstekende krijgstucht. Thans echter laat die tucht véél te wenschen over! In ColburFs United Service Magazine lezen wij, dat de tucht ver slapt, het aantal desertiën in de laatste jaren op schrikbarende wijze toegenomen, en een geest van ontevredenheid en verzet in het Engelsche Ook door onbekendheid met de Russische taal, is het mij niet mogen gelukken, de noodige gegevens te verzamelen, betreffende de vijfde groote mogendheid, v. V.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 269