289
wakkerde hen slechts aan tot sterker verzet.
Dit verschijnsel vindt men bij alle Mohamedaansche volken terug.
De oorlog is voor hen een duel a morteen ignobel tweegevecht
zonder genade, zonder eer, zonder grootmoedigheid. Het is het ge
vecht van den tijger, die, na zijn tegenpartij verslagen te hebben,
haar bovendien martelt, uitzuigt, verslindt. De Mohamedaansche
volken behooren dan ook blijkbaar tot de lagere menschenorden.
Verpletterende slagen, liefst kort achter elkaar, dat is de eenige
taal, door hen begrepen.
De Egyptische expeditie onder Bonaparte is het afdoend be
wijs voor deze stelling. En hoe men ook zoeke, in de krijgsgeschie
denis zal men het bewijs van het tegendeel niet vinden.
En toen Bonaparte in zijn toenadering, in stede van gewaardeerd,
gehoond werd, gaf hij bevel tot het bombardeeren van de moskee.
Gedurende slechts 20 minuten regenden de bommen en granaten. De op
standelingen, tot wanhoop gebracht, ontvloden de moskee, dochdeFran-
sche Infanterie wierp hen terug. Geen uitkomst ziende en een wissen
dood voor oogen, smeekten zij thans om te mogen onderhandelen.
Bonaparte antwoordde daarop: „gij hebt mijne barmhartig
heid. niet gewild, toen ik ze u aanboodthans is het vergeldingsuur
geslagen; aan U was het begin, aan mij is het einde." Daarop
kreeg de Infanterie last de barikaden te bestormeneen vreeselijk
bloedbad was er het gevolg van.
Meer dan twee duizend insurgenten verloren het leven de overigen
wierpen de wapenen weg en leverden hunne aanvoerders uit. Met dezen
eenen slag was de opstand gedempt. Cairo was bij slot van reke
ning nog gelukkig van niet verbrand en geplunderd te zijn geworden.
En, om meer door te dringen in den geest van Bonaparte,
zullen wij nog eenige aanhalingen doen uit zijne„Correspondance."
Op den 22en October, dus den dag van de bestorming, liet hij
door zijn chef van den staf aan generaal Bon schrijven
„Le général en chef ordonne que vous fassiez passer au fil de
l'épée tous ceux que l'on rencontrera dan les rues, armés.
Vous ferez publier que toutes les maisons qui jetteront dans les
rues des pierres seront sur-le-champ brulées, et pardon aux autres.
Exterminez tout ce qui sera dans la mosquée et établissez de fortes
19