328 in overvloed zijn en die wij maar voor liet halen hebben; maar dat mag nu niet meer wezen. Hunne loopgraven met het geschut zijn ook nu aan ons, en staan onder water. Verscheidene onzer geblesseerden hebben arm of been verloren, of zijn gestorven aan hunne wonden. De vijand heeft verscheidene bommen en granaten naar ons geworpen, maar de meeste waren te kort geschoten en vielen buiten het fort. Een echter viel midden onder het appel op het plein neder, doch sprong gelukkig niet, anders waren er een groot getal dooden of geblesseerden door gekomen. Des nachts viel er een andere en sloeg een hoornblazer den arm af, en een flankeur kreeg een stuk de borst in en den rug weer uit. Morgen krijg ik eene veldwacht, waarvan mijne schildwachten naar den vijand staan. Ik word waarschijnlijk voorgedragen voor officier, want ik ben heden morgen bij den majoor O. geroepen, om een extract uit het stamboek enz. ook heb ik mijne capaciteiten opgegeven. Dit heeft ook plaats gehad met de anderen. Dus is er nu eene goede kans om te avanceeren. Slaap wel Mama! het is reeds half een in den nacht. Ik val bijna in slaap. ÜW LIEFHEBBENDE ZOON. VI. Citadel Antwerpen, 17 Augustus 1831. Lieve Mamal Ik heb in goede gezondheid de pijp en het geld, in eenen tweeden brief het geld, en al de couranten ontvangen. De tabak van den heer T. heb ik nog niet, want ZEd. heeft mij geschreven, dat hij die bij zich houden zoude tot er goede gelegenheid was om die te verzenden. Ik heb UEd. een brief geschreven, waarin ik UEd. de ontvangst van een en ander meldde, alsmede dat ik bij het Ministerie van Oorlog voorgedragen ben tot 2en Luitenant, maar het schijnt dat UEd. die niet ontvangen heeft. UEd. doet mij zeer veel plaisir met de couranten. Onze wapenen zijn inderdaad zeer gezegend, maar dat Albion en de Lelie zich daarmede ten voordeele van Belgie is trouweloos en strijdt tegen de regt- vaardigheid, want zij staan een eedvergeten volk voor. Hier is niet veel nieuws dan alleen in mijn huishouden. Mijn oppasser en de oppasser van mijn medehuisgenoot zijn meestal op de wacht en dit is zeer lastig, want dan moeten wij zelf water kooken, aardappelen schillen, boonen af-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 339