376 stitutionelen staat „de Regering vormen en vertegenwoordigen? Zulke verpligte windwijzer politiek hebben wij, Goddank! niet. in de Assemblee Nationale werd daarentegen geklaagd, dat in Frankrijk de kompagnien eigenlijk niet door de Kapiteins, maar wel door Kolonels worden gekommandeerd. Evenmin dus klaagde het participe passé du verbe Trop Choir (Trochu) - zijn het de Kolonels die de Regimenten kommanderen, maar wel de Brigade Generaals, en zoó klimt het op tot den Minister van Oorlog, die eigenlijk alles kommandeert en alles wil regelen. Door een beginsel van algeheele verantwoordelijkheid over alle détailzaken worden de Officieren voortdurend in naauwe banden ge houden, maar tevens verliezen zij alle gevoel van zelfstandigheid en durven niets meer, hoe gering ook, naar eigen inzigten te regelen. Tout comme chez nous. Hoe geheel anders, en hoe oneindig veel beter, is dit daarentegen in het Duitsche Leger! Daar is ieder Kompagnies Kommandant niet alleen in naam, maar in werkelijkheid zelfstandig, en indedaad worden zij daar in dc gelegenheid gesteld, om verantwoordelijk te kunnen, zijn voor de krijgstucht, de instructie, de gelden, goederen, wapening, vivres en fourages hunner kompagnien. Ook bij ons heeten de Kompagnies Kommandanten zelfstandig en verantwoordelijk. Verantwoordelijk? Ja! dat zijn ze in alle opzigten, zelfs meer dan hun lief is, maar, hoe het met die beweerde zelfstandigheid is gesteld, is reeds vóór ons uitmuntend geschetst in het merkwaardige opstel „De tegenwoordige positie van den officier der Infanterie in Nederlahdsch-Lidië (I. M. T. 1881 en 1882). Wij ontleenen daaruit het navolgende, waarmede wij ons geheel vereenigen „De subalterne Officier heeft dan „als hij in aanmerking komt voor „Hoofd-Officier 19, 20 of 21 jaren als Officier bij den troep gediend. „Heeft men tot dus verre van hem als Kapitein eigenlijk meer notitie „genomen dan toen hij nog Luitenant was? Neen! Heeft men hem, „in tactischen zin, bekwaamd voor hooger betrekking? Heeft men „hem een goed begrip gegeven van de groote mate van zelfstandig heid in het Indische Leger aan de betrekking van bataljonscom mandant verbonden? Neen. Hoe wilde men hem, dat geleerd hebben,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 387