514 - De straf moet dus geen onrecht wezen. Aan al deze voorwaarden beantwoordt de straf des doods niet. Bovendien hoeft men uit de c.imineele rechtspractjjk de ondervinding opgedaan, dat de doodstraf niet meer dan iedere andere straf eene afschrikkende werking uitoefent op het besluit van den misdadiger, om zijn den dood waardig misdrijf te begaan. De meeste zware misdadigers denken, bij het vormen van een besluit, in het geheel niet aan eenige straf, of zij gelooven ongestraft te zullen blijven. Hij, zegt men, die een misdrijf gaat plegen, zal koelbloedig zijne bereke ning makenzoo niet, dan zal hij zich in eene zoodanig hevige gemoeds stemming bevinden, dat elke berekening is uitgesloten. In het eerste geval zal de afschrikkende werking der straf niet zoo zeer afhangen van de zwaartedan wel van de zekerheid der straf. Als de zeker heid van een langdurige gevangenis hem op dat oogenblik voor den geest ware gekomen, dan zou dit voldoende zijn geweest, om hem van de misdaad terug te houden. In werkelijkheid heeft de ervaring geleerd, dat de afschrikking s- theoriedat de gestrengheid der straffen, den regeeringen niet gebaat heeft en tot vermindering van het aantal misdrijven niet leidt. Ziedaar de rechtsgronden, die den Rederlandschen strafwetgever heb ben bewogen, de doodstraf mt het gemeene recht geheel, uit het militaire recht gedeeltelijk te doen verdwijnen en die te beperken tot de gevallen van nooddwang. De vraag, die zich thans onmiddellijk voordoet, is wel deze: of de doodstrafdie op de algemeen erkende beginselen van strafrecht niet meer te verdedigen is, omdat zij niet beantwoordt aan de eischen van hetgeen het Recht van eene straf vordert, nochtans in Nederlandsch- Indie reden heeft van bestaan. Wanneer men logisch consequent redeneert, moet men daar de vraag, of de doodstraf in onzen modernen tijd al dan niet recht van bestaan heeft, een zuiver juridische is - zulks even ontkennend beantwoorden. De algemeen erkende rechtstheoriën, worden zij door de Rechts wetenschap eenmaal als waar en juist aangenomen, zullen als zoodanig wel overal ter wereld moeten gelden, dus ook in Rederlandsch-Indië" Dat derhalve de doodstraf nog in het Nederlandsch-Indisch straf-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 525