636 Artikel 37. De GrootkruisenKommandeurs en Ridders mogen derzelver wapen mot het Ordesteeken versieren. Artikel 39. Geen krijgsraad of regter spreekt een onteerend vonnis over een Rid der uit dan na aan hem het Ordes teeken te hebben doen afleggen. Wij cursiveeren. Artikel 37. Welk wapen? Natuurlijk het ge slachtswapen. Duidelijk is zulks echter niet. Artikel 39. Wil dit artikel beteekenen, dat slechts bij het uitspreken van het onteerend vonnis het Ordeteeken be hoeft afgelegd te worden, dan wel dat het bij die gelegenheid voor altijd ontnomen moet worden? De Algeineene Order 1833, No. 7 14, heft daaromtrent allen twijfel op, door te verklaren, dat de ontrid- dering ipso jure met de uitspraak van het onteerend vonnis samengaat. In zooverre laat dit artikel dan ook niet aan duidelijkheid te won- sehen over. Wij vinden het intus- schen hier de plaats, het bij de Zee macht toegepastnu en dan reeds bij ons Leger gevolgd beginsel aan te bevelen, om namelijk geene enkele ampliatie of wijziging in eenigo Al- gemeene Order te arresteeren, zon der gelijktijdig de oude, niet meer juiste of onvolledige order in te trek ken en de vervolledigde of gewij zigde, nieuwe order, in haar geheel, andermaal het Leger ter opvolging voor te schrijven. Y. De Bewapening van Posten. Yoor de bewapening van posten, zooals die, welke in den nu reeds meer dan tien jaren durenden oorlog tegen A t j eh in grooten getale zijn opgeworpen en geslechteigenen zich ontegenzeggelijk zeer goed de getrokken bronzen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 647