63!) vrijen overtocht van Nederland naar Noderlandsch-Indië en omgekeerd, in de gevallen, door dat besluit verder vermeld. Mati Panari leest nu echter daarin voor gewettigde kinderen wettelijk erkende kinderen en verheugt zich dan over die gunstige be- paling, welke zoo velen ten goede zal komen. Helaas ik geloof, dat hij door die beschouwingen velen zijner kame raden wat voorbarig een „God dank" zal hebben doen uitroepen. Indien hij zich de moeite hadde getroost de 2e Afdeeling van don 12e" Titel van het Burgerlijk Wetboek in te zien, gedurende het jaar, dat verliep tusschen het uitvaardigen van het bovengenoemd besluit en de plaatsing van zijne bespiegelingen in het I. M. T., dan was hij wel licht tot de overtuiging gekomen, dat het stellen van wettelijk erkend voor gewettigdalles behalve wettig is. Artikel 272 van het B. W. zegt toch: „Kinderen buiten het huwelijk verwektworden door het opvolgend huwelijk van hun vader en hunne moeder gewettigd, Aitikel 277 voegt daaraan toe „Wettigingheeft tengevolge dat de kinderen de zelfde rechten genieten als of zij sedert het huwe lijk waren geboren". Artikel 280 bepaalt, dat: „Door het erkennen van een natuurlijk kind worden burgerlijke betrekkingen geboren tusschen dat kind en zijnen vader of zijne moeder", en eindelijk vindt men in Artikel 275: „Ook kunnen worden gewettigd natuurlijke en wettiglijk erkende kinde ren Volgens de letter geeft dus het „ook gewettigde" uit de Alg. Order No. 34 ons niets nieuws en is daar zelfs overbodio- O Van harte hoop ik intusschen, dat de bedoeling van die anders noodelooze tusschenvoeging moge wezen, zooals ze door Mati Panari wordt gebruikt, en dat hij door meerdere kennis van de wording van het gemeld Koninklijk besluit mijn twijfel over de juistheid zijner lezing schitterend en afdoend zal kunnen en willen weerleggen, liet is zeker meer dan tijd, dat de Regeering breekt met Haar stelsel, de wettelijk erkende kinderen van ambtenaren en officieren volkomen te ignoreeren en het waarheid worde, wat Mati Panari beweert, dat het der Regeering ernst is met Hare vrijzinnige beginselen, op het punt van erkenning van natuurlijke kinderen, en zij denzelfden goeden weg opgaat als de geheele Indische maatschappij, die hun den rug niet keert. H.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 650