57 bezit van deze plaats had genomen en dat rechterlijk college, waartoe hij volgens de beginselen van het oorlogsrecht geheel bevoegd is, gedestitueerd en door zijne „militaire rechtbank" vervangen had?(*) Zou het dan niet veel beter zijn, te Tjilatjap zelf een tijdelijken raad van justitie op te richten en die uit een „bekwaam aantal" rechtsgeleerden te doen bestaan, zoo deze spoedig te vinden zijn, of anders dien tijdelijken raad van justitie eene organisatie en dus tevens een methodus procedendi te geven van de voormalige raden van justitie te PadangMakassar, Ambon, Banda en Ternate of eene militaire rechtbank in te stellen, zooals die in Atjeh en Onder- hoorigheden vóór 1881, in hare dubbele qualiteit van krijgsraad te velde (of in eene belegerde of berende vesting) en militaire recht bank, boven en behalve de in het C. W., thans ook voor het krijgs volk te water, genoemde gevallen, over burgers rechtsmacht uit oefenende. Zoo zullen wij nog een derde voordeeld ter verduidelijking geven. Nadat de buitenlandsche vijand op Java geland is, heeft zich het Ned.-Indische leger te velde in de residentie Kadoe geconcentreerd. Eenigen tijd later is de gemeenschap met de drie zetels der raden van justitie op Java, te Batavia, Samarang en Soerabaja, verbroken. Zou het dan niet weuschelijk zijn, op de wijzen als hierboven voor Tjilatjap is gezegd, te Magelang een tijdelijken raad van justitie of de bovenbedoelde militaire rechtbank te installeeren en deze rechtsmacht te doen uitoefenen over de personen, in dat gedeelte van Midden-Java woonachtig, die nog in onbelemmerde gemeenschap met het hoofdkwartier des legers zijn? Neemt men aan hetgeen nog lang niet zeker schijnt te zijn dat daar ook de zetel van den Gouverneur-Generaal zal zijn, dan mag ook verondersteld worden, dat er zóó veel rechtsgeleerden gevonden kunnen worden, om een gewonen raad van justitie samen te stellen; anders zit er niets anders op dan tot de hierboven aangegeven tijdelijke middelen van voor ziening toevlucht te nemen. Zóó stelleu wij ons den loop der Justitie in hoofdtrekken voor, gedurende den staat van oorlog of van beleg. Van het onderwerpen der burgers aan militairen rechtsdwang behoeft men zich, zelfs in Nederlandsch-Indiê, geene schrikbeelden te vormen. Dit voor zoo- Zie het vroeger door ons aangehaalde werk van Dr. Bluntschli,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 68