116 Een officier aan den sergeant, commandant van de hoofdwacht, in bewaring te geven, is niet ie streng af te keuren. De arreststraf met en zonder acces, in eigen woning te ondergaan, zouden wij willen behouden, mits de bepaling vervalle, dat kamer arrest zonder acces gepaard gaat met vrijstelling van dienst. Behalve toch dat deze vrijstelling tot verzwaring yan den dienst der niet-gestrafte officieren leidt, is zij dikwijls oorzaak, dat ten nadeele van het gezag de mindere te weten komt, dat zijn superieur in de doos zit. Bij de zeer-uitgebreide briefwisseling, die de kapitein Yan Vleu ten met redacteurs van militaire geschriften gevoerd heeft, is het opvallend, hoe weinig resultaat die correspondentie heeft gehad. Men zou bijna geneigd zijn te beweren, dat enkelen hem met oen kluitje in het riet hebben gestuurd. Als toch de redacteur van den Militairen Spectator hem schrijft, dat het prestige van den officiersstand door het straffen met arrest of provoost niet verhoogd wordt, dan zoude dien redacteur geantwoord kunnen worden, dat het te betwijfelen is, of ooit het tegendeel door eenig officier is beweerd. Minder hebben wij aan te merken op het „eens zijn van dien „redacteur, dat arreststraf dikwerf met onverschilligheid ondergaan „wordt en geen doel treft Hetzelfde kan trouwens gezegd worden van de aan de mindere militairen op te leggen straffen, terwijl het toch voorzeker niemand in de gedachte zal komen, ze daarom af te schaffen. „Durch Strafen können Excesse nie verhütet werdenvolkomen juist. Die waarheid had de Oostenrijker gerustelijk voor zich kunnen houdenwij kennen dergelijke axiomata ook op ons duimpje. Kapitein Yan Vleuten zegt het ons trouwens zelf, dat hij in geen der talrijke antwoorden eene bevredigende oplossing zijner vraag heeft kunnen vinden, op welke doelmatige wijze de provoost en arreststraffen der officieren door andere repressieve of correctieve middelen zouden vervangen kunnen worden. Wij houden het er intusschen voor, dat de oorzaak daarvan aan liet hoogst moeilijke van het vraagstuk zelf moet geweten worden en dat, hoe gaarne de wetgever zulks overigens ook zoude wenschen te

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 127