125 wij ons doel geheel bereikt. Hoe meer er in opbouwenden zin over krijgstucht geschreven of gesproken wordt, des te beter voor het Leger. Een infanterist. NASCHRIFT. Ten aanzien van de opleiding der officieren bij het Engelsche leger en de door hen af te leggen examens (bldz. 102 hiervoren) troffen wij sedert in de Jaliresberichte über die Veranderungen und „Fortschritte im Militarwesen", YIIe Jahrgang: 1880, o. m. het vol gende aan Blijkens het op bladz. 89 van dat tijdschrift, onder hoofdstuk: „Mili- tar-Erziehungs- und Bildungswesen", voorkomende moet, volgens de in 1881 in werking getreden voorschriften, door die officieren, tot en met den rang van kapitein, voor den hoogeren rang telkens een examen worden afgelegd. De examens bestaan o. m. in: a. RegimentsdienstKrijgstucht, garnizoens- en velddienst, be heer van een eskadron, eener batterij of compagnie, soldijen en trak tementen, menage, détails der uitrusting, marsch- en transportdienst, krijgsraden, verplichtingen bij assistentie van civiele autoriteiten; en voor kapiteins bovendien: beheer van gevangenissen en van een re giment, boekhouding, aanbesteding van levensmiddelen en fourage. b. Exercitiën: De exercitie-reglementen van het wapen, waar toe de officier behoort; en voor kapiteins bovendien die der andere wapens. c. Militaire wetten: Volledige kennis van de Army Discipline and Regulation Act. d. Velddienst: Situatieteekenen en lezen van kaarten, veld- versterkingskunst, bruggenbouw, terreinteekenen en verkenningen, kleine oorlog (minor tactics). Bovendien voor kapiteinsVerkennen en bevestigen van eene volledige positie, en tactisch gebruik van de drie wapens. e. Artillerie: Geschut, munitie, vaartuigen, organisatie van veld-, belegerings- en vesting-artillerie, tactiek der artillerie, bus kruit, schietkatoen en draagbare wapens.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 136