VELDARTILLERIE IN DEN BERGOORLOG. „De Artillerie gaat overal, waar zij gaan wil". Deze woorden van Suwarow zijn op schitterende wijze bewaarheid geworden door den marsch, tijdens de Fransche expeditie in Tunis in 1881van een 90mm Batterij van SüJcarras naar Ghardiman door een woest, rots achtig land; een traject, nog nimmer door eenig voertuig afgelegd. Niet alleen, dat hierdoor de beweeglijkheid van het Fransche veld- artilleriematerieel duidelijk is uitgekomen, maar tevens blijkt er uit, dat door standvastigheid, discipline en goeden wil alle hindernissen kunnen overwonnen worden, en is daardoor opnieuw het bewijs geleverd, dat zelfs in den bergoorlog de hulp der veldartillerie geens zins is te verwerpen. Eenige bijzonderheden betreffende dien marsch, voorkomende in de berichten daarover, worden hieronder medegedeeld. Twee 90mm veldbatterijen waren toegevoegd aan het expeditie korps, dat iu April 1881 was samengesteld ter onderwerping van de Klirumirs. Zij waren bestemd om te opereeren met de colonne van generaal Logerotdie Sukarras zou verlaten, doordringen naar Kef deze plaats innemen, hierop afdalen in het dal der Medjerdahde stad Bèja bezetten en ten slotte het door generaal Delebecque in front aangegrepen bergland der Klirumirs in den rug aanvallen. Het gebruik van 90mm veldbatterijen was noodzakelijk, omdat Kef een bevestigde plaats is, en de uitwerking der S0mm bergb.it- terijen geheel onvoldoende zou zijn geweest tegen de muren dier plaats, vooral tegen die der citadel. Bovendien konden na de inname van Kef bij den aanval van Béja in de vlakte van Medjerdahen voorts tot dekking van de spoorweglijn, die de basis vormde van Logerot's colonne, betere diensten van deze batterijen worden verwacht, dan van de bergbatterijen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 159