153
600 M., waaruit een helling van 1 7 volgt. De kleiachtige bodem
werd steeds gladderde paarden zakten zeer diep weg en konden
nauwelijks trekkende bedieningen hielpen door de richtspaken onder
de raderen te leggen, en op die wijze werd van 5 tot 5 M. terrein
gewonnen. Door middel van een reserverad werd een spil gemaakt,
om den smidswagen, die tot de naaf was ingezakt, los te maken.
Yan de eerste sectie braken twee raderen en van den voorraadwagen
de langboom. Deze werd met handspaken gespalkt, welke herstelling
tot aan het eikenbosch van Bu-Mesran voldoende was. Hier echter
was de weg kleiachtig en vol rolsteenen, waardoor de marsch veel
werd vertraagd.
Men velde een eik, waaruit een nieuwe langboom werd gemaakt,
ter vervanging van den gebrokene, terwijl een tweede eikenstam
als reserve werd medegenomen; deze arbeid duurde 1 uur 10 minuten.
Tot Rudiat-Selet had het bosch een lengte van ongeveer 9 K. M. Een
helling van 5 K. M. voerde naar een nevenrivier der Medjerclah2 K. M.
van den Bordj van Drakerun verwijderd.
De tocht over den Furt (375 M.) vereischte een voorbereidingsarbeid
van anderhalf uur, daar de grootste steenen verwijderd en de daar
door ontstane gaten opgevuld moesten worden. Men steeg weder
hooger, om daarna tot 259 M. te dalen.
De helliug naar het plateau van Sidi-el-Hcimessi was kort, maar
zeer steil. De bochten van den weg werden wijder gemaakt, zoodat
bespanningen van 12 paarden konden worden gebruikt. De batterij
was ten 1 uur op het plateau vereenigd, waar halt werd gehouden
om manschappen en paarden te doen uitrusten.
Na een verkenning werd om 3 uur opgebroken, om nabij den
Maraboutongeveer 1200 M. van de rivier Medjerdah, tebivouacqueeren.
Den volgenden dag, d. i. den 5en Mei, marcheerde de batterij ver
der. Tot Gern-Gesal (330M.), d. i. een afstand van ongeveer 5 K. M., was
de weg door een compagnie van het 27° jager-bataljon in orde gebracht;
maar van El-Mesageh af was geen spoor van een weg meer aanwezig.
Terwijl men bezig was struikgewas en de grootste steenen op te
ruimen, daalde de eerste sectie af, daarna ook de rest der batterij, terwijl
4 paarden en 30 man ieder voertuig tegenhielden. Het hoogtever
schil bedroeg, op een afstand van ongeveer 2 K. M., 120 M.