198 in Duitschland, niet alleen te velde, maar ook in het gar nizoen. Staat b. v. een luitenant met een troep te exerceeren en nadert hem een kapitein, onverschillig of die kapitein al dan niet bij het zelfde korps of wapen behoort, dan vervoegt de luitenant zich tot dezen meerdere, noemt hem zoo noodig zijn naam en deelt hem tevens mede, dat hij bezig is, dien en dien troep in de compagnieschool te oefenen. Komt een kapitein der Infanterie op den grooten weg een majoor- verlofganger tegen, die niet eens tot het garnizoen behoort, dan laat hij zijn detachement halt houden, om tijd te erlangen, aan dien majoor te zeggen, dat hij, kapitein, zus en zoo heet en met dien en dien troep vannaarop marsch is. Zoo behoort het ook. Als in Atjeh een luitenant-patrouillecommandant een kapitein tegenkomt, die tot een ander korps behoort en hoegenaamd niets met die patrouille te maken heeft, dan zouden wij niet kunnen goedvin den, dat die patrouillecommandant eenvoudig den militairen groet toebracht, zonder meer. Als dan die patrouilleaanvoerder zijn soldaten even doet halt houden en dien kapitein tegemoetgaat met de mededeeling, dat hij de luitenantvan Lambaroe en met 20 soldaten op marsch is naar Toengkoep, dan vinden wij zulk eene handel wijze meer militair ement" en beleefder, dan wanneer die luite nant met de hand aan de pet blijft doormarcheeren. In 37 lezen wij, dat het marcheeren met een breed front (met afdeelingen) altijd te verkiezen is. Het omgekeerde is dichter bij de waarheid, hetgeen ook zeker Fransch generaal, wiens naam ons voor het oogenblik ontschoten is, beaamde, toen hij eene marschcolonne, die natuurlijk met verdubbelde rotten marcheerde, bij wijze van strafoplegging met sectiën in colonne den marsch deed vervolgen. In colonne marcheeren is vooral in Indië af te keuren, waar het den soldaat veel te veel vermoeit. Doch ook uit een tactisch oogpunt is dikwijls de colonnevorm af te keuren. Men herinnere zich slechts, wat onze colonnes in Atjeh ondervon den hebben en hoe vaak deze bij voorkeur op hare flanken zijn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 209