10 Vivres ofte Waaren aldaer komen de, aleer de selve ter behoorlijcke verkoopplaetsen gebraght ende ge schat sullen zijn, ofte oock berooven eenige WinckelTente, Soetelaer ofte koopman, die tot hulpe van den Leger ofte Guarnisoen aldaer zijn, alles op lijf- of levensstraffe, na exigentie van saken. Art. XXI. Die uit het quartier van sijn vaendel of guarnisoen sal gaen, vorders als een scheute van een kanon draeghtsonder verlof van sijnen Capiteijn, sal aan het leven gestraft worden. Art. XXII. Die uijt den Leger, belegerde Stadt ofte Huijs, sonder speciale consent van sijnen Hopman ofte Overigheijt loopt, om eenigerhande oorsakenhetzij om voederinge of te ander, sal gehangen worden. Art. XXIII. Die eenigh Yee of Beest sal nemen in de Landen onder de ge- hoorsaemheijt van de Generaliteijt staende, sal gehangen worden. De bedoeling van deu Wet gever was hier de dracht van een ordinaris kanon of te halve kar touw, dewelcke een half uijr of zoo verre reijckt. Deze bepaling werd noodig ge acht, in oorlogstijd: omdat anders veele met lichte moeijte souden kunnen doorgaan en in vredestijd op dat se niet op den boer souden gaen muijskoppen. De Auteur voegt nog daarbij, dat kort voor het schrijven van zijn werk, te Coetsvelt een Ruijter is gehangen, die slechts een Yos- sevel uit een Bontwerkerswinkel gestolen had.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 21