2i i of de Generale Staf (Hoofdbureau), bij welke Departenlentsafdeeling het provisioneel reglement is geredigeerd, heeft van de mogelijk zeer goede wenken der Commissie te dien opzichte geen partij getrokken. Waar de fout in deze schuilt, weten wij niet met zekerheid te zeggenmaar dat er te dien aanzien onvolledig werk te voorschijn is gekomen, staat, dunkt ons, als een paal boven water. Bij het uitzenden van sluippatrouilles, bij het verkennen van kam- pongs, het aanwijzen van manschappen, om als spits en doorzoekings- patrouilles te fungeeren, moet terdege op den landaard der soldaten worden gelet. Wanneer eene colonne van 1 Europeesche en 2 In- landsche compagnieën langs den grooten weg marcheert op onbekend terrein, met het doel, dat terrein te verkennen, dan zullen niet Europeesche, doch Inlandsche soldaten de voelhorens dezer verkennings colonne moeten zijn. Door uitsluitend Europeanen bij de spits en den voortroep in te deelen, zou een tactische fout begaan worden, wat men ook zou wenschen aan te voeren tegen het verbreken van tac tische gevechtseenheden. Wat in deze het zwaarste is, moet den doorslag geven. In ieder geval behoort een velddienstreglement aangaande deze zeer gewichtige aangelegenheid goede wenken te bevatten, die nu ten eenenmale gemist worden. In 155, laatste alinea, viel het ons op, te lezen, dat de cavalerie in den regel niet voor nachtdienst moet gebruikt worden, ten ware zij geheel op zich zelve zoude staan en dus zelve in liaar onderhoud zou hebben te voorzien. liet woord „onderhoud", aldus gebruikt in een hoofdstuk, dat over „veiligheidsdienst" handelt, kwam ons ietwat verdacht voor. Bij het opslaan van de analoge bepaling in het He der lan d sche velddienstreglement 135), werd dra het raadsel opgelost, toen wij daar dezelfde bewoordingen terugvonden, met die uitzondering evenwel. dat voor het woord „onderhoud 1be veiliging moet gelezen worden. Bij 165 wordt teruggekomen op de reeds hiervoren besproken maatregelen, 'noodig tot het bewaren van het verband tusschen de verschillende deelen eener marschcolonne. Het voorschrift luidt voor

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 222