22
Art. LIV.
Memant en sal mede in een be
legerde Plaetse van sijn quartier
loopen, 0111 appoinctement roepen,
ofte daer van spreecken, onwilligh
zijn te vegliten, ofte arbeijden, ofte
haer quartier te bewaren of ijemant
in eenigerwijze van sulcks onlus-
tigh maken of in sulcken Plaetse
ijetwes doen, daer door de besclier-
minge des selfs moghte eenighsints
veraghtert worden, op poene van
met de doodt, sonder genade ge
straft te worden.
Art. LY.
Is het dat ijemant tot den vijandt
overloopt, of van den vijandt in het
overgaen gevangen wordt, die sal
met de doodt gestraft worden.
Bij het beleg van Grave in 1674
liet Rabenhaupt de deserteurs neus
en ooren afsnijden. Zulk een straf
keurt de Schrijver evenwel af, om
dat de bevrughte vrouwen van zulke
lui kunnen versckricken. Yoorna-
mentlijck als den misdader van een
eerlijcke familie is of voorname
vrienden heeft, bij welcke hij met
een door beuls handen geschonden
aengesight niet komen durft, want
daer door tot de uijterste desperatie
sal gebraght worden, gelijck onder
anderen aan eenen, die na het vonnis
van gemelden generael Rabenhaupt
de voorschreeve straffe hebbende
uitgestaen, sicli voort daer op in de
Maes storte en daer in verdronck.