453 mogen ivezenzoude de eere van den beleedigde in het minst kunnen krencken, maer integendeel crimineel maken die geene, die de of- fensie gedaen mocht hebben. Kwam een derde eenige beleediging ter oore en rapporteerde hij deswege niet aan hoogerbanddan werd hij gestraft als Fauteur van de verzwegen injurie, terwijl tot meer dere geruststelling van den beleedigde voor eens en voor altijd bepaald werd, dat de Capiteijn-Generaal voortaan niet de minste consideratie zoude gebruiken in het verminderen of verzachten van de straffendie naar de letter der wet voortaan zouden worden opgelegd. Secondanten en Carteldragers zouden dezelfde straf onder gaan als de duellisten, ende bijaldien een van de voorschreven partijen, Secondes ofte Getuijgen, ofte alle beijde (dat Godt verhoede in duel doodtgesteecken ofte geschooten moghten worden of van de quetsuren daer bekomen, naderhandt zoude komen te overlijden, zoo ordonneerde de Legislateur, dat des selfs doode lichaem voor seeckeren tijdt ter arbitrage van den rechter, publiquelijek aan een galge zoude opgehangen worden. Even drakonisch luiddenover het algemeen genomende in andere landen tegen het duel bedreigde strafbepalingen. Zoo vaardigde o. a. omstreeks dienzelfden tijd de anders volstrekt niet weekhartige Czaar Peter de Groote eene wet uit, o. m. van den navolgenden inhoud Artikel 1. Hij, die zijn kameraad in het aangezicht slaat, ont vangt, in tegenwoordigheid van getuigen, van dezen een vuistslag terug. Artikel 2. Hij, die zijnen vijand tot een tweegevecht uitdaagt, zal gehangen worden, ook dan wanneer het niet plaats gegrepen beeft. Artikel 3. Gelijkerwijs zullen de getuigen tot den strop veroor deeld worden, wanneer blijkt, dat zij, om het duel te voorkomen, niet alle pogingen hebben in het werk gesteld. Blijkens deze Russische wet kwam het er dus niet zoo zeer op aan, dat eene enkele maal de een den anderen souffleteerde, mits slechts een formeel tweegevecht achterwege bleef. Het was natuurlijk, dat eene daad, sedert eeuwen als wettig in de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 464