536 halve de Indische officier zijn geest tactisch wel verruimen, doch komt hij toch niet geheel en al daar, waar hij met zijne studie ten laatste wezen moet. De zuiver Indische Tactiek ontbreekt aau al die Europeesche leerboekend. i. die tactiek met al hare schakeeringen, welke wèl in Indische, doch nimmer in Europeesche oorlogen hare toe passing vinden kan. Wanneer b. v. in Europa een officier zijn veldstukken zoude in batterij brengen, ongedekt, op 500 M. van ongeschokte In fanterie verwijderd, zou hij wegens ongeschiktheid dienen ontslagen te worden. In een oogwenk zoude die batterij zonder paarden en bedienings manschappen zijn. Op Indisch terrein, tegenover een hoop DajaJcsche koppensnellers of in opstand gekomen Chineezen evenwel, zoude zulk eene oorlogs manoeuvre allicht te verantwoorden zijn; ja zelfs het geval bestaan baar wezen, dat men den artilleriecommandant eigenlijk zoude moeten ten kwade duiden, dat hij, in stede van vooruit te gaan, op 1000 M. is blijven vuren. In zulke gevallen springt het verschil tusschen Indische en Europeesche toestanden duidelijk in het oog; altijd voor zoover men den oorlog tegen Jnlandsclie vijanden behandelt. Onwillekeurig gaat men hier een ander vraagstuk betreden, of namelijk het Indische Leger behoefte heeft aan een Tactiek, èn tegenover den Inlandschenèn tegenover den Buitenlandschen vijand. Deze vraag kan, onzes inziens, ontkennend beantwoord worden. Zoodra eenmaal John Buil, Yankee Doodle of een ander buitenlander zijne troepen vóór den Ja va wal verzamelt, kan het Indische Leger gerust de Europeesche gevechtsleer in practijk brengen. Dan zullen de Yon Widdern's, Yon Arnim's, Yon Sc her f- fen, Yon Bogus 1 awslei's, Yon Elgger's, Yon Berneck's, Yon Yerdy du Yernois's en de hemel weet nog hoeveel andere von's, ook door de Indische officieren mogen worden toegepast, althans voor zooveel betreft de tegenover den vijand aan te nemen vechtwijze.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1883 | | pagina 547