558
zagen clan de recruten, die b. v. bij het eerste depot-bataljon aankomen,
hebben we geïnformeerd, of er ook in bepaalde residentiën een beter
menschenras onder de Javanen gevonden wordt en de werving wellicht
plaats had in streken, waar verwaarloosde Inlanders wonen.
Zoowel Inlanders als met de zaak bekende Europeanen deelden
ons echter mede, dat de Javanen overal ongeveer dezelfde gestalte
en krachten bezitten. Sommige personen waren van meening, dat
civiele ambtenaren en dessa-hoofden de aanwerving van voor den
militairen dienst geschikte Javanen belemmerden, omdat zij liever
zulke Inlanders in de dessa's behielden. Wat de dessa-hoofden
betreft, zou dat mogelijk kunnen zijn. Wij mogen echter niet aannemen,
dat onder de civiele ambtenaren in den tegenwoordigen tijd nog zulke
weinig ontwikkelde personen zouden gevonden worden, dat zij niet
zouden begrijpen, dat het belang van het Leger ook voor een groot
deel hun eigen belang is.
Anderen beweren, dat er te weinig controle op de werving is en
verwisseling plaats heeft van niet-goedgekeurden met door den
geneesheer lichamelijk geschikt geachten. Indien zulk eene onregel
matigheid mogelijk is, zouden we gaarne amende honorable maken
aan alle geneesheeren, die voor ons Leger de Inlandsche
recruten keuren.
Hoe het ook wezen moge, welke ook de redenen mogen zijn, de
Inlandsche recruten, over het algemeen genomen, voldoen niet
aan de meest bescheidene eischen, welke men voor Infanteristen
moet stellen.
Wellicht zal men willen beweren, dat de aangeworvenen, doel
matig geoefend, langzaam krachtig en gehard zullen worden. Maar
van onze jeugd af hebben we niet geloofd aan den bekenden man, die
den os droeg. Oefening kan zeker harder en krachtig maken, zelfs,
binnen zekere grenzen, ook zwakke individuën; maar de in dienst
getredene moet binnen eenen bepaalden tijd geschikt zijn, om te velde
te trekken. En, hoewel aan de opleiding van de recruten en hunne
oefening veel zorg wordt besteed, ligt het antwoord op eene derge
lijke terechtwijzing in de groote militaire hospitalen.
Niet alleen de tegenwoordige Javaansche militairen, maar ook
in het algemeen de Javaansche soldaat is niet geschikt tot het