57
Doordrongen van de waarde zijner verkenning, om zoodoende de
batterij onbemerkt in bare stelling te kunnen voeren, moet de batterij
commandant zich echter geheel vrij van zijn troep voelen, om in de
stelling het doel naar behooren te kunnen blijven waarnemen, en zoo
op de hoogte van het stadium van het gevecht te blijven. Zijne
bevelen voor den opmarsch moeten kort en beslissend zijn, en daarbij
moet hij zich geheel op den oudsten der achtergebleven officieren kun
nen verlaten.
De door de natuur als het ware bepaalde artilleriestellingen zijn
immer de hoogten en, om deze te bereiken, zal de batterij hij haren
opmarsch meestal de door haar gezochte dekking vinden.
Maar gewoonlijk worden in doorsneden terrein nog vele andere
natuurlijke dekkingen, zooals bosch, bewoonde plaatsen, aanplantingen,
enz. gevonden, waardoor de opmarsch zoowel als het stelling nemen
geheel buiten het gezicht van den vijand kan plaats hebben.
Om van dergelijke gunstige terreinstoestanden nuttig gebruik te
maken, daartoe behoort geen bijzondere kennis, maar is het noodig,
dat de batterijcommandant zijne verkenning ver "genoeg uitstrekt,
waardoor hij tijdig die gunstige toestanden leert kennen, als wanneer
hij ze ongetwijfeld zal benutten. Maar daartoe is ook noodig, dat hij
zich volkomen vrij voelt van zijn troep, onverschillig waar hij dezen
heeft verlaten, hetzij in marschcolonne, in rendez-vous-stelling dan
wel reeds in vuurgevecht gewikkeld. Dan zal hij het bevel tot den
opmarsch ook niet eerder geven, voordat hij de meest geschikte ge
vechtstelling heeft gevonden en hij zijne korte, beslissende bevelen
kan gronden op de opgedane kennis van het terrein. En evenmin kan het
dan voorkomen, dat de batterij bij aankomst in de voor haar uitge
kozen stelling, deze reeds door andere troepengedeelten bezet vindt.
Naarmate do terreinsomstandigheden minder gunstig zijn, om de
batterij onbemerkt in hare stelling te brengen, wordt de verkennings
taak moeilijker, daar het er dan op aankomt, een oogenschijnlijk
niet aanwezige, gedekte marschrouto te zoeken.
Daartoe behoort een vlugge, practische blik en veel routine.
Toch kan men zich daarin meer oefenen dan men wel denkt.
Bij iedercn rijtoer te paard kan men een dergelijk onderzoek be
proeven, wanneer men zich slechts een bepaalden gevechtstoestand