141 loop van den dag spande het personeel der Marine alle krachten in, om al wat voor de gedebarqueerde troepenmacht noodig wasaan wal te brengen. Groot was de daarbij door dat personeel verrichte arbeid. Yan den vroegen morgen tot den laten avond stond het, in de brandende zon en meestal tot het middel in het water, aan het strand en waarlijk kan men met niet te veel lof spreken over de Marine, zooals zij zich op den 11™ Augustus en later gedurende de expeditie heeft gehouden; zij heeft aan de Landmacht groote diensten bewezen. De nacht van 11 op 12 Augustus ging rustig voorbij, maar de zee bleef even onstuimig. Den daaropvolgenden dag werd gevolg gegeven aan het voornemen, om het 8e Bataljon naar het strand te doen terugtrekken. In verband daarmede werden door den Bevel hebber de volgende bevelen uitgevaardigd: De commandant van het. 2e Bataljon wordt verzochtop zijn tegenwoordig bivouac dadelijk een aanvang te doen maken met het daarstellen eener tot verdediging in gerichte flêche of halve ma,anwaarachter ook het 8e Bataljon kan worden opgenomen; het werk samen te stellen uit liggende boomstam- 10 Na een inspannenden arbeid van tien uren werden aan wal gebracht 46 zakken rijst van 20 K. G., 7 kisten hard brood, 53 zakken 25 kisten jenever, 7 zakken gedroogde visch, 67 kisten koffie, 2 thee, 9 Australisch vleesch, 30 flesschen "wijn, 5 zakken bruine boonen, 1 erwten, 2 zout, 9 vaatjes gezouten vleesch, totaal 325 K. G., 9 7) sPek 300 26 blikken volksspijs, 1 kist zeep 4 ton boter, 1 kist (2 blikken) petroleum, benevens water, in groote ijzeren ketels, waaruit het in vaatjes werd gebracht voor het vervoer naar het Se Bataljon Infanterie. Deze opgave is van de Intendance.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 152