166
Teleurgesteld, uain toen die hoofdofficier het besluit, om zich per
soonlijk aan het hoofd eener afdeeling te plaatsen en te trachten,
daarmede de westerface te bereiken. Ongeveer 50 man der com
pagnie van den Kapitein Bode, met dezen officier aan 't hoofd,
moesten zich nabij den noordwestersaillant opstellen. De Chef van
den Staf liet uit de flank opmarcheerenbegaf zich aan 't hoofd
der afdeeling en gelastte dezehem te volgen. Onder een hevig
vuur bereikte men den noordwestersaillant, doch daar bleek het,
dat slechts eenige manschappen den Kapitein Bode hadden gevolgd.
Aan dezen officier werd alsnu gelast, zich onmiddellijk achter de
westerface op te stellen en daar zoo spoedig mogelijk den vijand
zijne aanwezigheid te laten blijken. De Chef van den Staf keerde
vervolgens alleen langs de noorderface naar de hoofdmacht terug
waarachter een talrijke vijand vuurde, onder het geroep: „schiet,
schiet op dien witten hoed", gelukkig deerde hem dat vuur niet.
Spoedig na deze omtrekkende beweging verminderden in de vijan
delijke positie zang, gebed en gegil, de gewone opwekkende mid
delen bij dezen vijand, om hem, in een toestand van verdooving of
overprikkeling gebracht, tevens zoo weinig mogelijk het snerpend
geluid der afgeschoten kogels uit onze achterlaadgeweren te doen
hooien. Ook het aantal lansen, dat achter de borstwering werd
gezien, verminderde, en eindelijk ook dat der donderbussen en ge
weren des vijands. De omtrekkende beweging had dus ook nu we
der haar effect gehad. De Kapitein Yan de Pol, die, ondanks de
vele door zijne compagnie geleden verliezen, met zijne officieren moe
dig stand had gehouden, gaf alsnu nogmaals het bevel, de beklim
ming der borstwering te beproeven. Deze gelukte eindelijk! De
Luitenant der Infanterie Kalis was de eerste op de plongée en werd
nu spoedig door de manschappen gevolgd. Eenmaal meester van
dit punt, was de vijandelijke versterking spoedig in onze handen.
De vijand vluchtte, maar bleef toch tot het laatst de verdediging
volhouden. Een Európeesch soldaat, die de westelijke versterking
te vlug binnendrong, werd midden op het terreplein afgemaakt.
Het sterke Temoelit was ons.
De strijd, die aan weerszijden hardnekking was gevoerd, had na
de verwonding van den Kolonel Yan der Heijden ruim een uur ge-