206 Verspillingen, welke uitverbandrukking van andere korpsen, soesas en geschrijf aan die kostbare, onnoodige overplaatsingen en aan die werving, waarvan de verwachting, als men het advies der Hoofden van Civiel Bestuur wil inwinnen, zal blijken overdreven te zijn voor gesteld, zouden verbonden zijn; en dat alles om de grootste fout te begaan, die ooit door eenig organisateur bij dit Leger begaan zou kunnen worden; alsdan blijft er van dat door Schr. gepubliceerde voorstel slechts dit te veronderstellen over: dat ZEd. in zijne ge gronde bezorgdheid in zake Atjehuitsluitend aan de belangen van het vaderland denkende, geen rekening hield met de veranderingen, die in de laatste vijfentwintig jaren in den toestand der Indo- Europeanen, in en buiten het Leger, hebben plaatsgegrepen en zich daardoor (hierin ligt juist de verwarring) heeft voorgesteld, dat, zooals in vroegere jaren werkelijk (behalve met die van de Pupillenschool afkomstig) het geval was, er nog altijd Inlandsche kinderen uit slechts eene, de door ZEd. voorgestelde categorie, ais mindere militairen in het Leger worden aangetroffen. Dit nu is geheel anders geworden en kan daarvan veeleer juist het omgekeerde worden gezegd. Het gros bestaat thans, zooals wij boven aantoonden, uit de categorie, die wij ter verduidelijking de eerste noemden, terwijl die uit een lagere, de uit door Schr. bedoelde rondloopers in de kampongs samengestelde categorie, hier als de tweede aangegeven, schaars vertegenwoordigd is. Dit verschijnsel moge op eene heilzame verbetering in het Leger wijzen, eene verbetering, die, wanneer men de middelen wil aan wenden, waarvan wij er bescheiden eenige onder de aandacht zullen brengen, niet alleen toenemen, maar voor de toekomst een voldoende getalsterkte kranige militairen van Europeesche afkomst aan het Leger verzekeren zal, het bewijst tevens, welk een strijd om het bestaan ook de Indo-Europeanen hebben te strijden en hoe, zij mogen in be schaving vooruitgaan, in hun materieelen toestand een zorgwekkend achteruitgaan valt waar te nemen. Mogelijk kan het nuttig zijn, ons hier eenige uitweiding te ver oorloven. Al dadelijk merken wij op, dat men aan de afstammelingen van Europeanen in deze gewesten eigenlijk nog niet eens eene juiste

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 217