239 9000 M. in 's vijands land, zijn er, om na het terugtrekken onzer troepenmacht de bevolking te beveiligen en terugkeer mogelijk te maken. Arme bevolking, wat hebt gij al niet moeten lijden door het bestaan dier posten, wier verbindingslijn op beide flanken kwets baar is, en dus telkens blootstaat voor aanvallen; en arm Leger, is het zoover met U gekomen, dat gij niet zoudt kunnen terugkeeren, waar gij eens geweest zijtzonder van afstand tot afstand op een weg van een paar uren lang versterkte punten aan te treffen, waar gij rust kunt houden De vele en telkens herhaalde gevechtenom en bij die posten, de talrijke verliezen, op hunne verbindingslijn geleden geven het volledig bewijs, dat zij nog verre ten achter staan bij die, aangeraden door Patriot, die den vijand ten minste een weinig huiverig moesten maken, om zich binnen hunne liniën te wagen, ter wijl de étappe-posten, door den Heer K. geroemd, alleen strekken om den vijand aan te moedigen, om gebruik te maken van de voor- deelen, die zij hem aanbieden. De Heer K. weet toch evengoed als ik, dat verbindingslijnen zwakker worden, naarmate zij dieper in 't vijandelijk land dringen, en daardoor op hare flanken blootstaan voor den aanval van partijgangers, die de bevolking, al is het dan ook maar voor het geven van inlichtingen en aanwijzingen, op hunne hand hebben, en die kunnen gebruik maken van ieder voor hen voordeelig terrein, 't zij voor den aanval, 't zij voor de verdediging, 't zij om als toevluchtsoord te dienen. Yolgens den Heer K. is de Atjehsche quaestie de quaestie van Groot-Atjeh. Ware het maar waar! Maar juist dat is niet het ge val. Het zwaartepunt der quaestie ligt elders, in de Onderhoorig- heden, hoofdzakelijk in Pedir en Gighen, vooral in het laatste rijk. Van Pedir komen de maraudeurs en kwaadwilligen; daar bevinden zich de vluchtelingen, die wij te vuur en te zwaard uit hun land verdreven, en die thans ieder middel, dat hun voor de hand komt, te baat nemen, om wraak te nemen op den gehaten indringer. Zijn Pedir en Gighen op onze hand of zelfs maar alleen het laatste, als het machtigste der twee rijken, dan is het gedaan met verder ver zet, dan zijn wij veilig in onze stellingen. Hen met de wapens te willen dwingen, zou echter waarschijnlijk het gevolg hebbeu, dat nieuwe wespennesten gevoegd werden bij die, welke het ons reeds

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 250