336 -
Europeanen van het mannelijk geslacht op Java en Madoera ad 18667
zielen, 11621 in 's Lands burgerlijken dienst, of gepensionneerd zijn,
dan wel een beroep of bedrijf uitoefenen, terwijl dit mede het geval
is met 2442 van de 4281 Europeanen van het mannelijk geslacht
op de Buitenbezittingen; en dat bovendien op 31 December 1882
reeds 1386 Indo-Europeanen in de sterkte van het Leger begrepen
waren, dan begin ik te vreezen, dat voor zoodanig korps slechts
weinig vrijwilligers zullen worden verkregen. Immers blijven, zoo
als uit de medegedeelde cijfers blijkt, van de 22748 Europeanen
van het mannelijk geslacht in geheel Nederlandsch-Indiëslechts
8685 over, die niet op de eene of andere wijze in hun onderhoud
voorzien; en daaronder bevinden zich alle personen beneden de 16
jaren (1) en alle ouden en gebrekkigen. Wat kan dan overschieten
voor eene vrijwillige werving? In Pruisen, het land van militairen
dienstplicht bij uitnemendheid, bedroeg het maximum percent van
de bevolking, dat gedurende den oorlog van 1870 1871 tot de
mobiele en niet-mobiele krijgsmacht behoorde, 3,8. Beschouwen wij
de Europeanen van het Nederlandscb-Indische Leger, -waaronder er
velen zijndie vrouwen en kinderen hebben, om zoo voordeelig mo
gelijk te rekenen, mede als ingezetenen, dan krijgen wij:
Officieren1352
Onderofficieren en manschappen 13578
Burgerbevolking41706
Samen56636
Waarvan 3,8 2152
Verminderd met de Indo-Europeanen, reeds in het Leger. 1386
Rest 766
Betoog zal het echter wel niet behoeven, dat wij niet moeten
rekenen op het cijfer van 3,8 0/odat Pruisen kon op de been
brengen.
Daartegen verzetten zich de geographische ligging onzer bezittingen,
de verspreiding der ingezetenen en de maatschappelijke positie van
velen hunner. Op grond van een en ander mag gerust worden aange
nomen dat bij vrijwillige werving het maximum Indo-Europeanen,
(1) In Europa wordt gerekend, dat 1/3 der bevolking minder dan 15 jaren oud is.