457 Bij de beschouwing van 16 konden wij, men houde het ons ten goede, soms een kleinen aanval van vroolijkheid niet bedwingen. Niet om de schapen, want wij zijn er zelfs vóór, ook de kippen onder de rubriek slachtvee te doen opnemen, maar bij het denkbeeld, waar wanneer en door wie dan toch een dergelijke statistische opname in hemelsnaam moet plaats hebben of worden verricht. In tijd van oorlog in een door ons stormenderhand genomen kam pong? Of nu, in tijd van vrede, bij wijze van opdracht en tot oe fening voor het kader en de luitenants, te beginnen bijv. met Batavia? Wat kan ons hier in Indië verder een plaatselijke indeeling in gemeenten, het in Indische ooren vreemd klinkende woord daarge laten, schelen? Zoo iets is immers, vermeenen wij, alleen van belang bij Europeesche steden, boerendorpen enz enz., die vaak uit drie of vier verschillende, soms op grooten afstand van elkaar gelegen gemeenten bestaan. Welke statistische gegevens vallen er toch wel omtrent de drie op Java gevonden spoorwegen nog in te winnen? Heeft het Yoorschrift hier soms een revanchetocht naar Britsch- Indië op het oog? Volgens onze meening behoort van het door ons geoccupeerde deel van den Indischen Archipel zoo goed als alles bekend te zijn. Bij het bureau van krijgstoerusting moeten jaarlijks alle statisti sche gegevens door het civiel bestuur en den grooten staf verzameld en de bestaande kaarten verbeterd en bijgewerkt worden, daar, eens in een werkdadigen oorlog op een door den Inlandschen vijand ge occupeerd terrein, het inzamelen van statistische gegevens op de verlangde wijze, b. v. b. het nagaan hoeveel paarden boven en be neden de vijf jaren er op Wadjo te vinden zijn, met eenige kleine moeilijkheden gepaard zal gaan. In 't algemeen dus, dit wilden wij hoofdzakelijk zeggen, zijn zulke statistische opnamen in tijd van oorlog onmogelijk. Daarom ver dient het dan ook groote afkeuring, dat onze Staf vaak misbruikt wordt tot werk, dat ook een schrijver kan verrichten. Niet in de sterktestaten, maar in het verzamelen van statistische opgaven enz., enz., dient het zwaartepunt van zijn werkkring te liggen en dit vooral wat de landstreken betreft, waarmede wij vroeg of laat in botsing zouden kunnen komen, b. v. b. Wadjo, Tenom, de Groote Oost enz., enz.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 468