36
commissie van twee officieren opgedragen. Deze, van de meening
uitgaande, dat veelzijdige beschouwing 't beste middel was om tot de
ware opvatting te komen, mogelijk ook omdat zij 't niet eens konden
worden over de wijze van opvatting, dienden elk een afzonderlijk
concept in. Deze concepten verschilden in vele opzichteu zoo zeer
van elkander, dat daarvan geen geheel kon worden samengesteld.
Over 't geheel genomen was door beiden de richting van t Neder-
laudsche Voorschrift gevolgd.
Daarom en ook omdat het Nederlandsche Voorschrift een afgerond
en zuiver afgebakend geheel aangeeft, werd dat voorschrift tot grond
slag genomen bij de samenstelling van een Voorschrift voor het
Nederlandsch-Indische Leger, met gebruikmaking voor zooveel mogelijk
van de gegevens, door de leden der commissie geleverd.
Dit werk was aan een officier van den Gfeneralen btaf opgedragen,
die het indiende aan den Chef van dien Staf De officieren, welke
bij die afdeeling van het Departement van Oorlog dat werk hebben
verricht, zijn daar niet meer werkzaam. Zij, die daarna zullen belast wor
den met het herzien of omwerken van het Voorloopig Voorschrift, weten
dus niet, waarom enkele bepalingen zóó en niet anders zijn omschreven.
En aangezien dit van belang is bij de beoordeeling van de al of
niet juistheid der gemaakte opmerkingen, zoo hebben wij ons ver
plicht gezien, onze beschouwingen over die opmerkingen te leveren.
De tweede aanleiding voor deze uitvoerige behandeling is, dat wij
meermalen het Voorloopig Voorschrift hebben hooren afkeuren, hoofd
zakelijk omdat bij de samenstelling het Nederlandsche Voorschrift is
gevolgd. Die personen echter gaven in den regel bij eene nadere
bespreking blijk, dat zij het Voorschrift slechts zeer oppervlakkig
hadden gelezensommigen zelfs hadden zich de moeite niet gegeven,
het geheel te lezen. En toch wordt door deze personen op den meest
apodictischen toon een oordeel uitgesproken.
Zulke be- en veroordeelingen vallen in Nederlandsch-Indië op
vruchtbaren bodem.
De gevolgen daarvan staan het goede in den weg.
Om nu deze nadeelige gevolgen eenigszins te neutraliseeren en om
die oppervlakkige beoordeelaars te overtuigen, dat lezen en nadenken
noodzakelijk zijn, om een gegrond oordeel te kunnen uitspreken, hebben