NADERE BESCHOUWINGEN BETREFFENDE REPETEERGEWEREN. Het opstel van Sit a Dewi in N°. 5 vaa den veertienden jaar gang van dit tijdschrift moge al niet het gevolg zijn van mjjn in het voorafgaande nummer gestelde vraag, toch sluit het daar zóó onmiddellijk op aan, dat ik mij geroepen voel, met hem nader van gedachten te wisselen. Het zal duidelijk in het oog zijn gesprongen, dat wij in hoofd zaak samengaan, maar m. i. gaat de geachte schrijver te ver en dit wil ik trachten aan te toonen. Yan daar dat ik hem in zijn betoog op den voet volg. Mijn aandacht valt er op, dat hij spreekt over de in de musea voorhanden achterlaad-revolver- of repeteergeweren. Eigenlijk is dit niet hetzelfde, daar tusschen beide systemen een werkelijk onder scheid bestaat. Ook dagteekent het oudste bekende repeteergeweer, de „Holy watersprincle,een wapen, dat vier ladingen kon bevatten, reeds van het begin der XIVe eeuw, terwijl het eerste revolvergeweer eerst in het einde der XYIe of het begin der XVIIe eeuw werd uitgevonden. (1) Het Winchester-geweer is eigenlijk een verbetering van het Henry - geweer en dagteekenen eerstgenoemde wapens van het jaar 1866. In den Amerikaanschen burgeroorlog werden dan ook onderscheiden afdeelingen met Spencer- en Henry-geweren bewapend. De daarover uitgebrachte rapporten, o. a. van de generaals Grant, en Sheridan en van den Graaf van Parijs, zijn lang niet ongunstig. In het geheel zijn gedurende den burgeroorlog door de Noordelijke Staten 12471 /Spewcer-geweren, 94156 jS'pencer-karabijnen en 1731 Henry-geweren gekocht. (2) (1) Die Repetir-Gewehre, blz. 3 en 6. (2) id., blz. 22.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 49