48 het magazijn; bij het Burton-geweer bedraagt dit echter 12 stuks, en hier zal de verplaatsing dan ook zeker reeds grooter moeten zijn. Met dit al ben ik, juist omdat ik geen noodelooze vuurversnelling beoog, een voorstander van het repeteergeweerniet dus van alle zoogenaamde snelladers of losse en oanhangbare magazijnen, omdat daarmede kennelijk niets anders dan vermeerdering van vuursnelheid wordt nagejaagd. Toch wensch ik vooralsnog niet een zoodanig wapen bij ons in gevoerd te zien, omdat ook ik onze Infanterie niet genoeg ontwikkeld, niet genoeg geoefend acht, om haar een beter wapen in handen te geven. Ik zeg opzettelijk: een beter wapen, omdat met de invoering van een nieuw systeem natuurlijk ook verbetering, wat ballistische waarde betreft, zou belmoren gepaard te gaan. Wat tot betere ontwikkeling, tot betere oefening behoort gedaan te worden, is thans niet aan de orde. Bovendien heeft in N°. 3 van den veertienden jaargang „Een Infanterist" reeds belangrijke beschou wingen geleverd omtrent de urgentie tot herziening van het bestaande Voorschrift betreffende de wapenen en de schietoefeningen. Alleen wil ik, nu dat opstel hier ter sprake is gebracht, er hem op wijzen dat dezelfde opmerking omtrent het aftrekken, zooals die door hem van kapitein Baumgartner wordt aangehaald, reeds voor tien jaar werd gemaakt door den toenmaligen kapitein der Infanterie A. W e n- delen. Deze toch zeide toen reeds in een inderdaad zeer lezens waardig artikel: ,,La tactique de l'infanterie considerée au point de vue des amies a feu perfectionnées" „Les feux de salve, en général, exigent le plus grand calme et le plus „grand sang-froid de la part de ceux qui les exécutent et le soldat, „presque toujours surpris par le commandement de „feu", agit brus- „quement sur la détente, ce qui nuit a la justesse du tir." Men ziet: de geest van beider woorden is gelijk. Maar ter zake. Gaat men de vorderingen na, die het vraagstuk der repeteergeweren voortdurend maakt het Kropatschek-geweer telt slechts 52 onder- deelen dan twijfel ik er niet aan. of binnen weinige jaren zullen zij tot een trap van technische volmaaktheid zijn gekotnen, die aan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 59