601
herhalen door den seinontvanger geldt hier evenzeer en te meer, om
dat het herhalen niet met blijvend zichtbare teekens plaats heeft, en
dus zoo veel zekerheid niet geeft.
Het spellen met Morse-teekensdoet men alleen met de seinmidde-
len der derde groep. Hoe dit geschiedt is voldoende op te maken
uit plaat II en III. De seinen worden hierbij door het ontvan
gende station niet herhaald, omdat het gebruik van Morse-teekens
steeds geoefende telegrafisten veronderstelt.
Indien station A naar station B wil seinen, dan doet A de oproe-
ping zóólang tot B antwoordt: „begrepen",
Daarop begint A met het overseinen van het bericht. Wanneer men
dus seint met voorwerpen aan eenen stok, dan volgen de teekens
van eene letter, een cijfer of leesteeken d adelijk op elkandertusschen
de letters of cijfers is ongeveer 3 tellens rust. Na het einde van
ieder woord, getal of leesteeken wordt 3 tellens gewacht en daarna
een dubbele slag gemaakt; en daarna weder 3 tellens gewacht,
voordat men aan een volgend sein begint.
Wanneer men seint door middel eener lantaarn welke stilstaat, dan
wordt bij het einde van ieder woord, getal of leesteeken geen bijzonder
sein gegeven. Er wordt dan bij het seinen geheel gevolgd wat in
de noot op plaat III is voorgeschreven, d. i. een streep duurt drie
maal zoolang als een punttusschen punten en strepen van hetzelfde
sein is eene tusschenruimte gelijk aan een punt; tusschen de opvol
gende letters en cijfers van een woord of getal is eene tusschenruimte
gelijk aan eene streep, en tusschen verschillende woorden, getallen
of leesteekens is eene tusschenruimte gelijk aan twee strepen.
Zoodra het bericht is afgeloopen wordt door A geseind: slot
waarop B antwoordt ontvangen- .J.
Wanneer gedurende het seinen een woord of getal door B niet
wordt begrepen, dan doet B dadelijk het sein feil -
waarop A het seinen staakt. B seint daarop het laatste door B
begrepen woord, en A begint daarop weder met dit woord te
seinen.
De vierde groep bevat: dampkogehvuurpijlen, lichtkogelsgroote
vurenteer en pik.