633
Bij marschen wordt als regel aangenomen de linkerkant van den
weg vrij te laten voor het passeeren van ordonnancen als anderszins.
Het is regel, om met verdubbelde rotten te marcheeren.
Om de vermoeienissen der marschen gelijkelijk op allen te doen
drukken, marcheeren bij elk bataljon de compagnieën om beurten
aan het hoofd.
Yan signalen wordt alleen gebruik gemaakt, om een troep te alar
meerenwil men de manschappen slechts verzamelen, dan geschiedt
dit door middel van „fluitjes."
De uitvoering van eenig bevel mag nimmer worden uitgesteld;
wanneer op het uur van afmarsch de hoogste officier toevallig afwezig-
is marcheert de troep af onder het bevel van den in rang volgenden
officier.
Op marsch wordt na iedere 50 minuten, gedurende 10 minuten
gerust; de gemiddelde snelheid waarmede infanterie zich behoort te
bewegen, is 4 K. .VI. in het uur, de rusten daaronder begrepen.
Eene groote rust wordt slechts dan genomen, als de marsch langer
dan 5 uur duurt en 2/3 of 3/4 van den weg is afgelegd.
Achter elke groote marschcolonne marcheert boven en behalve de
achterhoede, een detachement, onder het bevel van een officier, dat
uitsluitend heeft te zorgen dat er geen achterblijvers zijn.
Een dienst wordt geacht volbracht te zijnvoor eene buitenwacht
of een detachement, wanneer de grenzen van het kantonnement of
bivak overschreden zijn; voor eene „garde intérieure", wanneer zij
op hare plaats is aangekomen en voor eene werkbeurt in het kan
tonnement of bivak, wanneer het werk een aanvang genomen heeft.
Een officier of soldaat haalt geene dienstbeurt in, waarvoor hij wegens
ziekte niet gekommandeerd is kunnen worden.
Op veldwacht lost men van de dubbelposten slechts één man te
gelijk af, opdat de nieuw optredende man door zijn kameraad, die
is blijven staan, omtrent alles, wat van belang te achten is, kan worden
ingelicht.
Dezelfde post wordt zooveel mogelijk door dezelfde manschappen
bezet.
Des daags moet er altijd eene patrouille aan de wacht gereed